2min

Tags in dit artikel

Het College Bescherming Persoonsgegevens is in opdracht van demissionair minister van Economische Zaken Maria van der Hoeven gestart met een onderzoek naar de privacyvoorwaarden van Apple.

Het doel van het onderzoek is om te kijken of deze voorwaarden in strijd zijn met de wet Bescherming Persoonsgegevens, zo laat Maria van der Hoeven weten aan de Tweede Kamer in een reactie op vragen gesteld door twee Kamerleden van de VVD.

Eind juni zijn de privacyvoorwaarden van de iPhone veranderd. Hierdoor mag Apple nu locatiegegevens van gebruikers vergaren en deze doorverkopen aan derden. Het gaat dan onder meer om de exacte, realtime geografische locatie van een Apple-computer of -apparaat. Hieronder valt ook de geschiedenis van locaties.

Apple stelt dat het deze clausule heeft opgenomen omdat het hiermee locatiegebonden producten en diensten kan aanbieden. Ook laat het bedrijf weten dat de gegevens niet zijn te herleiden tot individuen. Critici zeggen echter dat het onduidelijk is wat Apple met de informatie doet en aan wie deze wordt doorgegeven.

Bovendien wees de Amerikaanse krant de LA Times vorige week op een onderzoek waaruit blijkt dat locatiegegevens vaak wel degelijk zijn te herleiden naar individuen. Daarnaast is het zo dat gebruikers akkoord moeten gaan met de privacyvoorwaarden willen zij hun iPod, iPad of iPhone gebruiken.

Het onderzoek is doorgespeeld naar het CBP, omdat dat volgens de minister het aangewezen orgaan is dat kan beoordelen of de data dusdanig zijn geanonimiseerd dat er redelijkerwijs geen sprake is van herleidbaarheid.

Overigens is in Duitsland eveneens een onderzoek aangekondigd naar de privacyvoorwaarden van Apple. De minister daar is van mening dat Apple zijn databases moet openstellen voor Duitse privacybewakers en moet uitleggen wat er bewaard wordt en waarom dat gebeurt.