2min

Introductie

Normaliter is september de tijd van het jaar waarin Apple zijn nieuwe iPhone-modellen aankondigt en in de winkel legt. Dit jaar verbreekt Apple zijn gebruikelijke cyclus voor het eerst: in Nederland ligt sinds begin april de iPhone SE in de winkels, een smartphone die op meerdere manieren de aandacht weet te trekken. Zo gaat het niet om een opvolger van de iPhone 6S of 6S Plus, maar van de inmiddels toch wat bejaarde iPhone 5S. En daarmee krijgen consumenten ineens de mogelijkheid toegeworpen om een toestel met high-end specificaties in een 4-inch behuizing aan te schaffen. Iets dat zelfs op het Android- of Windows Phone-vlak niet meer mogelijk is. Nog verrassender: het design van de iPhone SE is nagenoeg identiek aan dat van de iPhone 5S. Afgezien van wat nieuwe kleurstellingen houdt Apple voor deze nieuweling stug vast aan het inmiddels iconische ontwerp dat eigenlijk met de iPhone 4 in 2010 al zijn intrede deed. Wij vragen ons af: heeft het zin om te upgraden van de iPhone 5S naar de iPhone SE? En wat als je inmiddels al over een iPhone 6S beschikt; zijn er dan gegronde redenen om toch voor de SE te kiezen?
iPhone SE en iPhone 6S naast elkaar
De iPhone SE komt beschikbaar in twee configuraties, met 16GB of 64GB aan opslagcapaciteit. De opslagcapaciteit kan later niet worden uitgebreid, Apple weigert nog steeds om microSD-sloten toe te voegen aan de iPhones. Naast de keuze in opslagcapaciteit kan ook nog een kleur worden gekozen, de keuze bestaat uit: goud, rosegoud, spacegrijs en zilver. De adviesprijs van het toestel bedraagt 489 euro en 589 euro.