2min

Theoretisch zeer snel

De zeer hoge frequentie van 802.11ad heeft als gevolg dat signalen nog veel sneller afzwakken dan het geval is op 5 GHz. De kans dat je met een 802.11ad-signaal door een muur of deur heen komt, is zeer klein. De andere kant van deze medaille is echter dat er een voor wifi-begrippen enorme bandbreedte wordt gecreëerd. De (consumenten-)routers die op dit moment zijn aangekondigd of al op de markt zijn, de Netgear Nighthawk X10 en de TP-Link Talon AD7200, bieden een theoretische bandbreedte aan op 802.11ad van 4600 Mbps.

talon802.11ad maakt als toevoeging op 802.11n en 802.11ac zijn debuut in de consumentenmarkt, op de TP-Link Archer C3200.

In de praktijk is een dergelijke snelheid uiteraard niet haalbaar. Dan geldt niet wat er op de fysieke laag (Layer 1) van het OSI-model gehaald kan worden, maar op de transportlaag (Layer 4), waar bijvoorbeeld TCP voor een significante overhead zorgt in de vorm van de ACK-pakketjes die retour moeten worden gestuurd bij succesvol afgeleverde (sets van) pakketjes. Een doorvoersnelheid in de praktijk die de 1 Gbps aantikt moet echter mogelijk zijn, als we in ons hoofd even wat omrekenen en meenemen hoe de verhoudingen liggen tussen theorie en praktijk bij 802.11ac.

Zodra we een router in handen krijgen die 802.11ad ondersteunt, zullen we uiteraard uitgebreid testen of deze nieuwe standaard kan wedijveren met een bekabelde netwerkverbinding als het gaat om maximale throughput. Let wel, wifi is en blijft een half-duplex-technologie, dus op dat punt zal het vooralsnog geen echt alternatief zijn voor ethernet, dat full-duplex is. Verder zijn met de opkomst van MU MIMO pas de eerste stappen gezet om de routing van wifi-netwerken meer als een switch te laten verlopen dan als een hub. Zeker in drukkere draadloze netwerken moeten clients nog steeds netjes op hun beurt wachten voor er kan worden gecommuniceerd met het access point.