8min

Tags in dit artikel

Op de CeBIT worden ook diverse persconferenties gehouden. Eerder deze week bezochten we de persconferentie van Google, met als onderwerp "Evolution of the Web: Open, social, mobile and transparent".

Google had niet een van de minste sprekers gestuurd, namelijk Michael Jones, Chief Technology Advocate van Google en geestelijk vader van Google Earth. In de aankondiging werd nog en passant vermeld dat Jones in zijn jonge jaren gek was van Star Trek en ooit een eigen Tricorder wilde hebben, een apparaat dat scans kan maken en de gescande data kan interpreteren. Daardoor heeft hij een enorme drive gekregen om informatie op een eenvoudige manier beschikbaar te stellen en daarvoor was hij bij Google natuurlijk aan het juiste adres.

Jones begon zijn keynote, terwijl op de achtergrond een demo van Google Earth draaide. Inmiddels is bij de meesten het fenomeen Google Earth wel bekend en volgens Jones is het een tool die werelden kan verbinden. Al pratende draaide de wereldbol en werd er een close-up getoond van Whistler, de plaats waar een deel van de Olympische Wintersporten van 2010 heeft plaatsgevonden. Volgens Jones brengt de televisie alles dichtbij, maar blijft het lastig om de zaken in het perspectief te zien. In welke omgevingen spelen de dingen die je ziet zich af? Uiteraard kun je dat met Google Earth allemaal wel zien.

De wereldbol draaide nog een aantal keer door, van het verre oosten en weer terug naar Duitsland tot precies op de locatie waar de persconferentie op dat moment werd gehouden. Binnen een paar seconden heb je inzichtelijk hoe het er aan de andere kant van de wereld uitziet. Sterkste punt van Google Earth is volgens Jones is echter dat gebruikers zelf data toevoegen aan de applicatie, waaronder 3D-modellen van gebouwen en andere objecten. Ook diverse stadsbesturen hebben besloten om van de belangrijkste gebouwen in hun stad 3D-modellen te maken.


Het belang van informatie, het delen ervan en nog belangrijker, het op een duidelijke manier te beschikking stellen van deze informatie, werd zelfs door oud-president Thomas Jefferson van de Verenigde Staten onderkend. Tijdens zijn presentatie liet Jones de volgende quotes van Jefferson de revue passeren.

"The information of the people at large can alone make them safe, as they are the sole depositary of our political and religious freedom."
– Thomas Jefferson tegen William Duane, 1810.

"I look to the diffusion of light and education as the resource most to be relied on for ameliorating the conditions, promoting the virtue and advancing the happiness of man."
– Thomas Jefferson tegen Cornelius Camden Blatchly, 1822.

Kortom, Thomas Jefferson had door dat informatie bij de mensen zit en dat het inzichtelijk maken ervan voordelen voor iedereen kan bieden. Niet vreemd dat Jones juist deze citaten gebruikt, want Google doet niet anders. Het verzamelen, organiseren, inzichtelijk en bruikbaar maken van reeds beschikbare informatie is tenslotte het kerndoel van Google.


Maar Jones maakte direct een ding duidelijk, Google is er nog lang niet. Er is nog gigantisch veel informatie die niet via het internet is te vinden of inzichtelijk is gemaakt. Denk aan spraak, verreweg de meeste communicatie vindt plaats via gesproken woorden en zinnen, maar het herkennen van taal in bijvoorbeeld video’s is bij lange na niet perfect. Zo zijn er nog veel zaken waar Google momenteel aan werkt, of waar het bedrijf in de toekomst aan wil gaan werken.

En dat is nodig volgens Jones, want mensen snakken naar informatie. De afgelopen tien jaar hebben 1,4 miljard mensen kennis gemaakt met het fenomeen internet en zijn inmiddels er meer dan 500 miljard afbeeldingen op het internet te vinden. Elke dag worden er via Google meer dan een miljard zoekopdrachten gegeven en op YouTube evenveel filmpjes bekeken. En daar komt elke minuut twintig uur aan nieuw filmmateriaal bij. Ongelooflijk? Volgens Jones, is dit nog maar het begin, want 22 procent van de totale wereldbevolking heeft toegang tot het internet. Als dat percentage in de toekomst gaat groeien, en dat gaat gebeuren, dan zijn deze enorme aantallen slechts het topje van de ijsberg.


Zoveel informatie op een goede manier organiseren is een enorme taak, maar eentje die Google graag op zich neemt. Weer laat Jones een aantal citaten zien, dit keer van wat minder bekende personen.

"Informatie is alleen bruikbaar wanneer het begrijpelijk is".
– Muriel Cooper, MIT Media Lab (1926-1994).

"Progressie betekent vereenvoudigen, niet ingewikkelder maken".
– Bruno Munari, artiest/schrijver (1907-1998).

"Om iets te maken moet je niets voor lief nemen".
– Eileen Gray, artiest/architect (1878-1976).

"Succes kan alleen bereikt worden met een zekere pioniersgeest en het herhaaldelijk gebruik van drie zaken: mislukking, introspectie en moed".
– Soichiro Honda, oprichter van Honda (1906-1992).

Jones vertelt dat hij deze citaten toepast als hij aan de slag gaat met een project. Alles draait om het inzichtelijk en bruikbaar maken van informatie. En om daarin voor te zijn op de concurrenten moet je ook weten welke informatiestromen ons nog te wachten staan. En als die gegevens nog niet aangeleverd kan worden door een externe partij, dan zorgt Google dat ze deze gegevens zelf kunnen produceren.

Zo heeft het bedrijf enige tijd geleden het gehele dak van het hoofdkantoor voorzien van zonnepanelen. Uiteraard om energie te kunnen besparen, maar voornamelijk om te zien wat je met informatie over het verbruik van energie kunt doen. Het inzichtelijk maken van het verbruik, de kosten en dat alles presenteren op een website, zodat mensen hun verbruik kunnen vergelijken met mensen uit de straat, maar de gegevens ook kunnen dienen voor educatie. Met die testen heeft Google ontdekt dat de gemiddelde gebruiker vijf tot vijftien procent energie gaat besparen als hun huidige verbruik inzichtelijk wordt gemaakt. Op een relatief eenvoudige manier kan er dus een behoorlijke slag worden gemaakt in het terugdringen van de energieconsumptie. Een ander voorbeeld dat Jones noemde was het inzetten van elektrische auto’s op een innovatieve manier. Stel dat je auto ’s nachts aan het opladen is en de stroom ’s nachts uitvalt. Dan kan de autobatterij dienen als UPS. Maar als iedereen zo’n auto heeft en alle auto’s verbonden zijn met het stroomnet heb je een UPS voor de hele stad.


Het volgende voorbeeld van inzichtelijkheid dat Jones aanhaalde was Streetview. In het bijzonder omdat Streetview binnenkort ook online gaat in Duitsland. Net als in veel andere landen had Google in Duitsland te maken met veel verzet van partijen en groeperingen die van mening waren dat de privacy van burgers door de dienst onder druk zou komen te staan. Maar volgens Google zijn er maar weinig privacy-issues en zijn de voordelen van de dienst enorm. Zo kun je je eenvoudig voorbereiden op een reis, door bijvoorbeeld op Streetview te kijken bij welke bushalte je moet uitstappen of hoe het kantoor van je zakelijke afspraak er uit ziet. Streetview brengt deze informatie vanuit het standpunt van hoe mensen het normaliter ook zien en daarom werkt de dienst in deze volgens Google beter dan bijvoorbeeld Google Maps, omdat je daar alleen een bovenaanzicht hebt.

Maar ook met Streetview is Google nog lang niet klaar. Als je straten in beeld kunt brengen kun je ook andere locaties en misschien wel gebouwen in beeld brengen. Vorig jaar stuurde Google al zijn Streetview-trike door een vijftal attracties in Nederland en meer recent bracht het de Olympische skipiste van Whistler in beeld. Maar ook winkels en musea zouden bijvoorbeeld in beeld gebracht kunnen worden.


En als al deze gegevens er zijn, dan is het een kinderspel om met deze beelden naar je bestemming te navigeren. Niet voor niets dat Google recentelijk navigatie met Streetview-beelden heeft toegevoegd aan de mogelijkheden van zijn Android-besturingssysteem.

Daarna herinneert Jones de aanwezigen er nog maar eens aan dat het ongekend is wat het internet in de laatste tien jaar teweeg gebracht heeft op het gebied van het delen van gegevens. Stel dat het internet er nog niet was, maar Google wel bestond, dan had het er waarschijnlijk uitgezien als op onderstaande afbeelding.


Een kaart waarop je je zoekopdracht moet opschrijven en die vervolgens moet opsturen naar Google. Na 30 dagen heb je dan het antwoord terug. Zeer inefficiënt en de meesten van ons kunnen zich daar geen voorstelling van maken, maar voordat Altavista, Lycos en Google bestonden hadden de mensen ook geen idee dat zoekmachines zoals wij ze kennen mogelijk zijn. Zo liggen er nu nog steeds kansen, veelal op onbekend terrein.

En daar komt volgens Jones de quote van Honda om de hoek kijken: "Hoe goed je ook bent, je weet niet welke van de tien paden de juiste is. De kans is dus aanwezig dat je eerst de negen slechte paden moet verkennen, mislukking is dus onderdeel van succes. Proberen is een onderdeel van innovatie. Moedig genoeg zijn om nieuwe dingen te proberen, zorgt uiteindelijk voor betere dingen. Als je nooit betere dingen probeert blijf je uiteindeijk hangen op een lokaal optimum en nooit het globale optimum bereiken. Als je van de ene berg naar de andere berg wilt, zul je eerst door het dal moeten", aldus Jones.

Volgens Jones zal Google blijven proberen om binnen alle regelgeving omtrent de privacy producten op de markt te zetten die ervoor zorgen dat mensen meer informatie tot hun beschikking krijgen, waardoor ze betere beslissingen kunnen nemen.

Hij benadrukte tijdens het vragenrondje nogmaals dat Google geen informatie opslaat, maar slechts indexeert. Hoewel alle informatie die je op internet zet jouw eigendom is, moeten mensen echter wel beseffen dat die informatie deel kan gaan uitmaken van een groter geheel. Als je een deur aanlevert voor een huis, dan kun je die deur niet zomaar eruit halen. Zo werkt het ook met het internet, zeker met sociale netwerken. Google probeert uiteraard wel relaties te leggen tussen wat mensen doen op het internet en daar hun diensten op af te stemmen, maar volgens Jones is dat de normaalste zaak van de wereld. "Restauranteigenaars kijken ook naar de gast(en) en schatten op basis daarvan in hoe lang ze blijven. Een single blijft niet zo lang, maar een stelletje of familie wel", aldus Jones.


Verder wees hij erop dat binnen Google het ‘Data Liberation Front’ bestaat. Van elk product dat Google levert moet je zonder problemen je informatie weer kunnen weghalen. Uitzondering daarop is Google Map maker. Omdat daar kaarten inzitten van commerciële bedrijven, kun je niet zonder meer de informatie die jij erin gestopt het er weer uit halen.

Voor Google is het inzichtelijk maken van informatie dus het allerbelangrijkst, maar de privacy van gebruikers speelt daar een grote rol in. Volgens Jones kan het bedrijf zich ook niet permitteren om op dat gebied grote fouten te maken, als mensen Google niet meer kunnen vertrouwen, dan ondervindt het bedrijf daar direct de gevolgen van. Het zijn tenslotte de mensen zelf die de informatie aanleveren een Google bestaansrecht geven.