2min

Google heeft een set aan plugins gelanceerd voor populaire ontwikkelingsomgevingen zoals IntelliJ en Visual Studio Code. De plugins moeten het eenvoudiger maken om cloud-native applicaties te ontwikkelen. De set aan plugins draagt de naam Cloud Code.

De focus van Cloud Code ligt op het helpen van ontwikkelaars bij het bouwen, debuggen en deployen van hun code naar een kubernetes-cluster vanuit hun IDE, schrijft TechCrunch.

Google stelt dat ontwikkelaars normaal gesproken hun code lokaal aanpassen, compilen en debuggen. Vaak is dat prima, maar het kan problemen veroorzaken als de productieomgeving niet helemaal overeenkomt met de lokale variant. Het bouwen van containers komt echter met zijn eigen uitdagingen en volgens Google vindt niemand het leuk om met de hand YAML-bestanden te schrijven om alleen maar code te testen.

Het bedrijf belooft nu dan ook dat ontwikkelaars geen regel YAML meer hoeven te schrijven. In plaats daarvan kan de ontwikkelaar zijn code blijven ontwikkelen zoals hij gewend is, terwijl Cloud Code al het werk afhandelt om het om te zetten in een cloud-native applicatie. De tools zijn ook geïntegreerd met Google’s DevOps-tools zoals Cloud Build en Stackdriver.

Open source-tools

Cloud Code combineert hiervoor een aantal bestaande open source-tools, waaronder Kubectl, de command-line tools die nodig zijn om met de kubernetes API te werken; Jib, waarmee containers voor Java-applicaties gebouwd kunnen worden; en Skaffold, waarmee de continuous deploying pipeline voor kubernetes-applicaties opgezet kan worden.

De dienst werkt volgens Google voor vrijwel alle populaire programmeertalen, waaronder .NET Core van Microsoft. “Dit geeft je in feite turbocharged, cloud-native app-ontwikkeling in je IDE”, aldus Pali Bhat, VP of product en design bij Google Cloud. “Het ontsluit de kracht van alle ontwikkelaars en laat hen voor kubernetes en cloud-native bouwen, zonder zich zorgen te maken over alle verschillende stukken die ze moesten leren.”