2min

Apple’s productieproces wordt in toenemende mate verdeeld tussen traditionele partner Foxconn en het veel onbekendere Pegatron, zo schrijft het Wall Street Journal (WSJ). Pegatron is volgens de krant belast met de productie van de aankomende budget-iPhone.

Jarenlang was Foxconn dé grote speler in Apple’s productieketen en stond het zelfs bijna synoniem met de fabricage van alle producten van Apple. Onder leiding van Tim Cook beweegt Apple zich nu verder weg van de fabrikant, door de productie evenrediger te verdelen tussen Foxconn en Pegatron.

Pegatron is voorheen al ingezet om een beperkt aantal iPhone’s en een aardig aantal iPad Mini’s te produceren, maar is volgens het WSJ nu verantwoordelijk voor de complete fabricage van de geruchtmakende zachter geprijsde iPhone.

Apple heeft een langdurige relatie met Pegatron, een verbond dat dateert van de eerste generatie iBook-computers. Na het overleven van pogingen tot overname en fusering wil het bedrijf nu haar positie als leverancier versterken.

Anonieme bronnen noemen verschillende redenen voor Apple’s geleidelijke overstap, te beginnen met Apple’s keuze tot het terugsturen van miljoenen iPhones door gebrekkige kwaliteit. Daarnaast zou CEO Cook, in tegenstelling tot voorganger Steve Jobs, het proces willen verdelen over meerdere fabrikanten.

Tegelijkertijd zou Foxconn werken aan een eigen tablet met het Firefox OS. Het bedrijf denkt naar verluidt aan een eigen serie merkproducten, om de status van productiepartner te overstijgen. Volgens het WSJ ziet het bedrijf kansen in cloud-computing, koptelefoons, software en fysieke Foxconn winkels.

Als Pegatron zich intussen in de publieke opinie weet te vestigen als voorname Apple-producent, zou het bedrijf zich dezelfde woede om arbeidsomstandigheden op de hals kunnen halen die Foxconn overviel. Het bedrijf werd samen met Foxconn onderzocht, maar wist onder de radar te blijven. 59 werknemers van Pegatron raakten vlak na de inspectie gewond door een ontploffing, veroorzaakt door stofophoping.