De Europese Unie heeft het aantal bedrijven dat onder strenge cybersecurityregels valt uitgebreid. Ook zijn de boetes voor bedrijven die zich er niet aan houden verhoogd. Wanneer bedrijven de regels negeren, kunnen ze boetes tot 2 procent van de wereldwijde omzet verwachten.
Nu een groot deel van de Europese bevolking vanwege de coronapandemie thuiswerkt, is cybersecurity van toenemend belang. Daarom wil de EU zijn weerstand tegen cyberdreigingen verhogen, schrijft Reuters.
Essentiële sectoren
Het voorstel wil de bestaande cybersecuritywet uit 2016, ook wel bekend als NIS, uitbreiden zodat hij van toepassing is op meer bedrijven. Hieronder vallen middelgrote en grote bedrijven in tien essentiële sectoren. Deze sectoren zijn energie, transport, banken, financiële infrastructuur, gezondheid, drinkwater, afvalwater, digitale infrastructuur, publieke administratie en ruimte.
Andere entiteiten die onder de wetgeving zouden vallen, zijn middelgrote en grote bedrijven in de takken post- en pakketbezorging, afvalbeheer, chemie, voedselproductie, medische apparaten, computers en elektronica, machines, motorvoertuigen en digitale providers als online marktplaatsen, zoekmachines en sociale netwerken.
Hoge boetes
Als bedrijven in deze sectoren zich niet aan de regels houden, zouden ze boetes te wachten staan die uiteenlopen van 10 miljoen euro tot 2 procent van de wereldwijde omzet. Wanneer een bedrijf de regels blijft overtreden, kan de EU overgaan op het product van de markt te verwijderen.
Voordat het voorstel wordt doorgevoerd, moet het eerst worden beoordeeld door het Europees Parlement en de lidstaten van EU. Dit proces kan enkele jaren duren.