2min

De grootte van een transistor is extreem belangrijk in de ontwikkeling van computertechnologie. Des te kleiner de transistor, des te meer er op een chip passen en daardoor kan je processor sneller en efficiënter zijn. Een team van Lawrence Berkeley National Laboratory heeft een functionele transistor van slechts 1 nanometer lang ontwikkeld.

Het is, claimt het lab volgens The Verge de kleinste werkende transistor die tot nu toe ontwikkeld is. Ter illustratie: een menselijk haar is tussen de 80.000 en 100.000 nanometer dik. De ontwikkeling van de nieuwe transistor is echter niet alleen bijzonder omdat het zo’n extreem kleine werkende transistor is, maar ook omdat men geen gebruik heeft gemaakt van siliconen, maar van koolstofnanotubes en molybdeendisulfide.

Dat was nodig, omdat een transistor kleiner dan 7 nanometer gemaakt van siliconen niet mogelijk is. Op dat moment zit het materiaal namelijk zo dicht op elkaar, dat de elektronen spontaan kunnen wisselen tussen een aan- en uitstand.

Ondanks de veelbelovende ontwikkeling, zal het voorlopig nog wel even duren voordat de technologie op de markt komt. Het team bij Berkley moet nog een methode ontwikkelen om de transistoren van 1 nanometer op een betrouwbare manier massaal te produceren. Dat moet ook extreem massaal worden, want bij een transistor van 14nm, worden er zo’n 1 miljard geplaatst op een gemiddelde processor.

Het feit dat men er wel in geslaagd is de transistor te ontwikkelen is desondanks een belangrijke ontwikkeling. Niet alleen blijft Moore’s Law daarmee gelden, maar het laat ook zien dat toekomstige verbeteringen op het vlak van rekenkracht en efficiëntie van computers mogelijk blijven.