Een consortium van vijf Nederlandse organisaties is start met ECOFED, een ambitieus cloudproject gefinancierd door de overheid en de EU. Het doel: een federatieve Europese cloud ontwikkelen als alternatief voor Amerikaanse hyperscalers.
ECOFED, wat staat voor European Cloud services in an Open Federated ecosystem, is een initiatief van Info Support, i3D.net, BIT, AMS-IX en TNO. Het project maakt deel uit van het bredere IPCEI-CIS programma (Important Project of Common European Interest on Cloud Infrastructure and Services), waarvoor de EU 2,6 miljard euro beschikbaar stelt.
Wij waren recent bij een kennisavond over ECOFED op het kantoor van Info Support om er iets meer over te weten te komen. Naast de plenaire sessies hebben we daar ook kort gesproken met Lammert Vinke, Unit Manager bij Info Support en onder andere verantwoordelijk voor ECOFED en Erik Langius, programmamanager ECOFED bij TNO.
Waarom ECOFED belangrijk is
Het hoofddoel van ECOFED is het vergroten van de Europese digitale soevereiniteit. Door open interfaces en open-source software tools te ontwikkelen, wil het project de afhankelijkheid van Amerikaanse cloudproviders verminderen.
Bas Meerman, CTO van Info Support, geeft tijdens een presentatie aan waar het uiteindelijk om draait met ECOFED. “We willen van een egosysteem naar een ecosysteem gaan, met opensource technologie, open standaarden en een open speelveld.” Dit moet leiden tot meer keuzevrijheid voor gebruikers en betere portabiliteit van clouddata en -diensten. Om dat laatste gaat het uiteindelijk allemaal. Het ‘egosysteem’ van nu maakt het erg lastig, zo niet onmogelijk, om volledig vrij tussen verschillende (cloud-)omgevingen te bewegen.
Een derde voordeel dat ECOFED organisaties moet gaan bieden, naast portability en eenvoudig wisselen tussen Cloud Service Providers (CSP’s), is schaalbaarheid. Dat is natuurlijk ook altijd een argument geweest van de hyperscalers, maar geldt daar eigenlijk alleen binnen de eigen omgeving. Met ECOFED moet het echter ook een stuk eenvoudiger worden om over omgevingen heen op te schalen.
ECOFED is een federatieve laag
Een kernaspect van ECOFED is het ontkoppelen van verschillende cloudlagen. Je kunt hier feitelijk alle aaS-acroniemen onder scharen: IaaS, PaaS, NaaS, SaaS. Om de woorden van Vinke te gebruiken, “het fundamentele concept van ECOFED is dat de applicatie los is van de infrastructuur”. Om applicaties geschikt te kunnen maken voor meerdere typen infrastructuur is het nodig om een laag tussen de applicatie en de infrastructuur te hebben. Dat is feitelijk wat ECOFED is, of eigenlijk moet worden, want de initiatiefnemers zijn er nog geen jaar geleden pas mee gestart. Belangrijk is verder ook nog om te benadrukken dat de onderdelen van ECOFED opensource zijn.
Onderaan de streep moet ECOFED ervoor gaan zorgen dat de klanten van IT-leveranciers en van cloudserviceproviders een grotere stem in het geheel krijgen. Onderdeel van ECOFED is dan ook om aan te sluiten bij EU-marktplaatsontwikkelingen voor clouddiensten, zoals DOME, waar klanten applicaties kunnen vinden die kunnen voldoen aan hun eisen. Er kan naast een algemene ECOFED-marktplaats ook een Nederlandse marktplaats ontwikkeld worden, die gekoppeld wordt aan de EU-marktplaatsen.
Wat hebben gebruikers aan ECOFED?
Langius schetst de voordelen van dergelijke marktplaatsen voor eindgebruikers: “Gebruikers kunnen in zo’n marktplaats zoeken op basis van de eisen die ze hebben: de groenste applicatie, beschikbaarheid in verschillende zones, maar je kunt ook vragen om workloads telkens te verplaatsen naar locaties waar de stroomprijzen het laagst zijn.” Hij benoemt verder ook nog een voordeel op het gebied van beschikbaarheid van applicaties. Volgens hem krijgen organisaties “als het ware een failover op de softwarelaag” als ze gebruikmaken van de federatieve laag.
Als we het hebben over eindgebruikers bij ECOFED, dan hebben we het overigens over afnemers van clouddiensten in B2B-context, niet over de uiteindelijke consumenten. Eindgebruikers merken als het goed is niets van deze federatieve laag. Ze ‘zien’ hem nergens, maar configureren de eisen die ze hebben in de applicatie. Die applicaties moeten daar uiteraard wel geschikt voor worden gemaakt. Dat vergt een kleine aanpassing. De ontwikkelaars van de applicatie moeten deze aanpassing doen. Daar heeft de ECOFED-omgeving en de ontwikkelaars daarvan uiteraard geen zeggenschap over.
De ECOFED-federatielaag bestaat uit meerdere componenten. Uiteraard is er voorzien in een control plane. Die moet om kunnen gaan met beperkingen rondom de locaties waar bepaalde data mag neergezet worden. Daarnaast wordt er per workload gekeken waar deze het beste geplaatst kan worden.
Wat betekent ECOFED voor Cloud Service Providers?
Een succesvolle keten voor de inzet van een gefedereerde Europese cloud bestaat natuurlijk niet alleen uit softwareleveranciers en eindklanten. Cloud Service Providers (CSP’s) spelen hier ook een belangrijke rol in. Die moeten in hun omgeving immers de eigen implementatie van een applicatie uitrollen. “Als een klant dan op zoek gaat naar een applicatie, dan kan de federatielaag bepalen welke implementatie de beste is”, geeft Meerman aan.
Om te laten zien dat datgene wat ECOFED wil meer is dan een goed idee, krijgen we tijdens de plenaire sessie een demo te zien van hoe een VM verplaatst wordt tussen de omgevingen van BIT, Info Support en TNO. Dit zijn omgevingen die zijn gebouwd op verschillende technologieën. BIT gebruikt OpenNebula, de omgeving van Info Support draait op KVM in combinatie met Libvirt en die van TNO op OpenStack. Het overzetten van de VM gaat in de demo naadloos, ondanks de totaal verschillende omgevingen. Dit was niet mogelijk geweest zonder de federatieve laag.
Portabiliteit werkt twee kanten op
Zaken zoals portabiliteit en de mogelijkheid om snel te wisselen tussen serviceproviders klinken goed vanuit het perspectief van een klant. Dat zien we ook zeker als een groot voordeel. Die klanten zitten minder vast in een specifieke omgeving.
Maar hoe zit dat met de CSP? Die heeft nu ook minder vastigheid, omdat klanten er snel een eenvoudig voor kunnen kiezen om hun heil elders te gaan zoeken. Vinke geeft aan dat de CSP dankzij ECOFED zelf ook meer portabiliteit krijgt. Hij haalt hierbij de recente ontwikkelingen bij Broadcom en VMware aan. “Switchen van Broadcom naar een andere partij gaat voor CSP’s ook veel makkelijker via ECOFED”, geeft hij aan. “Dus het drukmodel van private equity werkt niet meer”, concludeert hij.
Verder ziet Vinke ook voordelen op het gebied van de stabiliteit van de digitale infrastructuur. “De bug in Crowdstrike had minder impact gehad als de applicatie, via federatieve principes, had gedraaid op een technologisch meer divers landschap”, volgens hem. “De impact van technisch falen bij een specifieke technologie is dan kleiner, bovendien kan dan veel sneller overgestapt worden naar andere infrastructuur.”
Langius merkt op dit punt op dat integreren met ECOFED voor CSP’s meer flexibiliteit geeft. Ze kunnen beter inspelen op wat klanten willen. “Als je integreert met de federatieve laag, kun je een ander aanbod aan je klanten bieden dan het geval is als je dat niet doet”, stelt hij. Ervan uitgaande dat dit aanbod er eentje is dat klanten ook daadwerkelijk willen, moet ECOFED voor CSP’s dus juist meer zakelijke mogelijkheden bieden. Het zorgt er wellicht ook voor dat CSP’s nog actiever blijven kijken naar wat er zoal gebeurt in de markt en wat interessant is voor klanten. Dat moet de kwaliteit van de geleverde diensten in principe ook hoger kunnen houden.
De komende tijd: verder doorontwikkelen, ook voorbij de technologie
ECOFED is er niet van de ene op de andere dag, dat mag duidelijk zijn. Het is ook zeker geen eenvoudige klus. Het draait er in de basis namelijk voornamelijk om dat diensten volledig interoperabel worden. Daar is behoorlijk wat werk voor nodig. Een VM naadloos verplaatsen tussen drie volledig verschillende omgevingen is een mooie eerste demo, maar daarmee zijn we er nog lang niet. Zo moet er ook iets komen voor containers.
Volgens Meerman is men daar al druk mee bezig en is het al gelukt om op zichzelf staande containers te verplaatsen, maar ook Kubernetes-clusters. Inmiddels wordt er gewerkt aan het verplaatsen van databases. Dat is voor veel applicaties en de containers en VM’s die erbij horen ook belangrijk.
Uiteindelijk gaat het bij ECOFED niet alleen om technische vraagstukken. Zo streeft men er ook naar om ook bredere aspecten van cloudfederatie aan te pakken, zoals bidding, contracting en governance. Daarnaast moeten er ook samenwerkingen komen met meer diensten en leveranciers rondom Storage-as-a-Service en networking, geeft Meerman als voorbeelden. En de CSP’s zullen ook onderling samen moeten gaan werken om gezamenlijk nieuwe diensten in Europa aan te bieden.
Wanneer is de gefedereerde Europese cloud beschikbaar?
Vinke ziet al behoorlijk wat hoopgevende signalen als het gaat om ECOFED. “Ik durf de concepten waar we nu aan werken in het komende halfjaar al wel in productie in te zetten”, geeft hij aan. Dat is ook belangrijk, want zo maak je mensen enthousiast en laat je zien dat er al delen beschikbaar zijn. Voor CSP’s is het volgens hem van belang dat er referentie-architecturen en implementaties worden gemaakt om hun stacks geschikt te maken. Langius voegt hier nog aan toe dat ze ook de applicatiebouwers moeten voorzien van handvatten om de integratie met de API van de federatielaag mogelijk te maken.
Uiteindelijk zien wij in het overtuigen van voldoende partijen en het daarmee opschalen van het ECOFED-project de voornaamste uitdaging. Technisch ziet het er allemaal al vrij goed uit, zo vanaf de zijkant bekeken. Uiteraard moet nog blijken tegen welke uitdagingen men nog aanloopt bij het steeds volwassener maken ervan, maar de eerste signalen zijn hoopgevend. Echt af is een project zoals ECOFED waarschijnlijk nooit en enorm harde uitspraken worden niet gedaan over wanneer het helemaal klaar is voor gebruik in productie, maar we rekenen sowieso op meerdere jaren. We zagen tijdens de sessies die we bijwoonden regelmatig het jaartal 2027 voorbijkomen in ieder geval.
Het wordt in de komende jaren zonder meer interessant om te volgen hoeveel tractie ECOFED krijgt, ook omdat de Europese Data Act in theorie moet gaan helpen om het van de grond te krijgen. Het zou in ieder geval op papier voor alle betrokken partijen goed zijn als er een goed en vernieuwend Europees alternatief komt op de gevestigde hyperscalers. Die zitten echter ook niet stil en stellen hun omgevingen stukje bij beetje verder open. Zo open als ECOFED voor ogen heeft zal het echter niet snel worden. Toch zal het naarmate de volledige verwezenlijking van ECOFED langer duurt wel steeds dichter naar elkaar kruipen. Het is dus zaak om goed de gang in de ontwikkelingen te houden.