3min

Tags in dit artikel

, ,

Apple heeft bij de kantonrechter een verzoek ingediend om de tegenaanklacht, die Psystar afgelopen maand indiende, te verwerpen. Volgens Apple is er onvoldoende bewijs om de beweringen van Psystar hard te kunnen maken.

Psystar beweert in de tegenaanklacht dat Apple zijn monopoliepositie omtrent Mac OS X gebruikt heeft om doelbewust handelsbeperkingen en oneerlijke concurrentie op te leggen. Daarnaast beschuldigt Psystar Apple andere bepalingen van de antitrustwetgeving overtreden te hebben.

Apple houdt echter voet bij stuk dat Psystar inbreuk maakt op auteursrechten en handelsmerken van Apple en daar anderen ook toe aanzet. Psystar levert zonder toestemming het Mac OS X Leopard-besturingssysteem bij pc’s die zij verkoopt en past deze vervolgens dusdanig aan zodat de software op een normale computer functioneert.

Volgens Apple is het businessmodel dat Psystar hanteert met opzet gebaseerd op het feit dat Apple-computers direct met gewone computers concurreren al hebben deze dan andere besturingssystemen. "Psystars doelstelling is het tegenovergestelde van de wet en moet verworpen worden", claimt Apple. "Zowel de federale- als de staatswetgeving op het gebied van antitrust vereisen concurrenten niet hun concurrentie te staken en in plaats daarvan elkaar te gaan helpen", meent Apple.

Vervolgens stelt Apple in zijn betoog dat de beweringen van een enkele markt, Mac OS-markt genoemd, volledig onjuist zijn. "Er bestaat niet zoiets als een Mac OS-markt. Het is geen markt op zichzelf." Apple is daardoor van mening dat daarom ook niet gesteld kan worden dat Apple een monopolie heeft in eender welke markt. "Resulterend in het feit dat de claims van Psystar ongegrond zijn omdat het ‘niet kunnen identificeren van een product dat economische betekenis en relevantie heeft’ voldoende is om een aanklacht op grond van de Sherman-wet te verwerpen."

"Psystars inspanningen om een markt met een enkel merk te definiëren druist in tegen welbekende principes van antitrustwetgeving. Relevante markten kunnen normaal gesproken niet gelimiteerd zijn aan een enkel product van één fabrikant." Apple past ook het principe jurisprudentie toe door er een soortgelijke zaak bij te halen waarin bepaald is dat "de macht die fabrikanten uitoefenen ten aanzien van een product, niet de macht is die bepaalt dat het een illegale monopolie betreft."

"Psystar probeert Apple te dwingen om zijn software te licenseren zodat concurrenten ‘Mac-kloons’ kunnen maken. Psystar kan – en doet dat ook – zijn OpenComputers met Windows of Linux verkopen als directe competitie met Apple’s Mac. Niettemin wil Psystar ook nog eens OpenComputers met Mac OS X verkopen als directe competitie met Apple’s Mac. Een van de grondbeginselen van antitrustwetgeving is echter," zo stelt Apple, "dat de beslissing hoe een product gedistribueerd wordt en de vorm waarin anderen er gebruik van maken niet in strijd is met de Sherman-wet."

"De Shermanwet", zo geeft Apple aan, "beperkt het recht van de fabrikant niet om zelf te bepalen met wie hij zaken wil doen. De fabrikant mag daarnaast bepalen onder welke omstandigheden hij het gebruik van zijn product wil weigeren." James Gilliand Jr., die juridisch vertegenwoordiger van Apple is, stelt daarom dat Psystar oneerlijke concurrentie niet kan bewijzen omdat er geen relevante markt is in welke Apple macht heeft. Tevens kan Psystar zich volgens Gilliand niet op de antitrustwetgeving beroepen om Apple te dwingen zijn directe concurrent te gaan helpen. Daarom is hij van mening dat de tegenaanklacht van Psystar volkomen ongegrond is en verworpen moet worden.