2min

Tags in dit artikel

, ,

Bijna alle Nederlandse kinderen tussen de 10 en 14 jaar hebben een mobieltje. Eén op de drie kinderen kan zich zelfs geen leven meer zonder mobieltje voorstellen. En sms’en heeft de traditionele functie van de mobiele telefoon voor hen overgenomen. Dit zijn enkele uitkomsten van het ’tweeniesonderzoek’ dat IPM KidWise in opdracht van Orange heeft uitgevoerd onder kinderen van 10 tot en met 14 jaar.

Het ’tweeniesonderzoek’ is in augustus uitgevoerd onder 400 kinderen. Er is onderzocht hoe zij tegen het hebben en gebruiken van een mobiele telefoon aankijken. Aanleiding voor het onderzoek is het ‘Kids & Telecom congres’ van de gemeente Den Haag, waar Orange vandaag spreekt. Steeds meer kinderen hebben een mobiele telefoon en ook Orange wil graag hier haar verantwoordelijkheid in nemen. "Tot nu toe hebben we ons altijd gericht op volwassenen. Dit onderzoek maakt het voor ons duidelijk, dat wij ons ook op kinderen moeten gaan richten. Samen met de ouders willen wij deze kinderen leren om bewust om te gaan met hun mobieltje. Niemand is erbij gebaat, dat jongeren in de problemen komen. Als de ouders, de kinderen zelf en de mobiele telefonieaanbieders dit samen oppakken, dan zien wij een hele goede en mooie toekomst voor de nieuwe generatie bellers", zegt Bruno Michieli, Head of Acquisition Marketing bij Orange.

Een aantal van de belangrijkste uitkomsten van het onderzoek Maar liefst 9 van de 10 kinderen in de leeftijd van 10 tot en met 14 jaar hebben een mobiele telefoon (89%). Van de 14-jarigen heeft zelfs bijna iedereen een mobieltje (98%); van de 10-jarigen al meer dan driekwart (79%).

Opmerkelijk is dat tweenies minder bellen dan sms’en. Bijna de helft (49%) sms’t het meest met zijn telefoon, daarna komt bellen (35%) en spelletjes spelen (25%). De traditionele functie van de telefoon – iemand bellen – heeft dus bij deze leeftijdscategorie plaats gemaakt voor een andere functie.