2min

Intel en Google hebben een voor datacenteromgevingen geschikte processor ontwikkeld. De ‘Mount Evans’-processor of IPU is geschikt voor processortaken die verder gaan dan alleen het leveren van rekenkracht.

Met de introductie van de processor willen de partijen het datacenter- en vooral cloudleveranciers makkelijker maken hun klanten snel en eenvoudig cloudgebaseerde diensten te leveren, maar tegelijkertijd zelf veel te besparen op infrastructuur en de bijbehorende kosten. Met de nieuwe Mount Evans-processor stappen Intel en Google eigenlijk in het hart van de werkzaamheden van deze bedrijven door het helpen beperken van hun infrastructuurkosten.

IPU

De Mount Evans-chip is een ‘infrastructure processing unit’ (IPU). De op ASIC gebaseerde processor zorgt ervoor dat de benodigde processorkracht voor het opzetten van infrastructuur wordt ingezet, zoals het opspinnen van virtuele machines (vm’s) of het verplaatsen van klantendata naar de juiste locatie. De processor zorgt ervoor dat deze taken worden gescheiden van de basis rekentaken en versnelt deze infrastructuurprocessen. De scheiding tussen meer operationele en rekenkrachttaken zorgt ook voor meer security en brengt meer flexibiliteit naar het datacenter.

Standaard in ontwikkeling

Naast de fysieke processor, ontwikkelen Intel en Google ook software die de technologie van deze speciale processors ook naar andere gebruikers dan alleen de Google-datacenters moet brengen. Het opdelen van fysieke servers in virtuele servers met verschillende taken voor wat nodig is, moet volgens beide bedrijven een standaard worden. Datacenteraanbieders kunnen daardoor veel flexibeler met hun eigen infrastructuur omgaan, kosten besparen en ook hun klanten meer tot dienst zijn.