4min

Tags in dit artikel

, , ,

Edge computing – het verwerken van data aan de rand van het netwerk – zit in de lift. Het concept staat weliswaar in de kinderschoenen en de coronacrisis heeft veel initiatieven voorlopig on hold gezet, maar de potentie ervan is duidelijk. Waarom veel bandbreedte creëren om data via een lange route naar een datacenter te leiden, als je deze zelfde data ook gewoon dicht bij de gebruiker en zijn device kunt verwerken? 

Onderzoeksbureau Omdia – in 2019 ontstaan uit Ovum, Heavy Reading en Tractica – deed in opdracht van datacenterspecialist Vertiv onderzoek naar de mogelijkheden en uitdagingen van edge computing. Belangrijkste conclusie: technisch vallen de uitdagingen mee, maar organisatorisch en financieel moeten er nog wel noten worden gekraakt.

Micro-datacenters

Edge computing wordt toegepast daar waar bandbreedte, een lage latency en het verwerken van grote volumes data een rol spelen. Dat kan gaan om online gaming waar veel bandbreedte voor nodig is, maar ook om iot-toepassingen waarbij een groot aantal sensoren continu data verzamelt. Deze verwerkingen worden dan verzorgd door edge nodes, die de vorm aannemen van een micro-datacenter, een netwerknode, een device of een sensor. Micro-datacenters – soms ook wel prefabricated modular datacenters (PFM) genoemd – spelen bij de ontwikkeling van edge computing een belangrijke rol. Volgens Omdia groeit de markt voor deze kleine, flexibele datacenters van 1,2 miljard dollar in 2018 naar 4,3 miljard dollar in 2023. Deze groei komt vooral voor rekening van telecommunicatiebedrijven en cloud-serviceproviders.

Opkomst van gespecialiseerde dienstverleners

Veel telecommunicatiebedrijven en cloud-serviceproviders transformeren hun netwerken naar een meer op software gebaseerde cloudarchitectuur. Daarbij combineren ze network function virtualization (NFV) en cloudtechnologie voor het creëren van kleinere, regionale of lokale datacenters die dicht bij klanten gevestigd zijn. We zien in dit verband ook de opkomst van speciale dienstverleners op dit gebied zoals EdgeInfra, een Nederlandse onderneming die micro-datacenters in Europa ontwikkelt voor de zogenaamde ultra-edge: plekken waar de beschikbaarheid van bandbreedte en lage latency laag is, maar de behoefte groot.

Near en outer edge

Hoe edge precies gedefinieerd wordt, is nog steeds een onderwerp van discussie. Omdia verwacht dat er in ieder geval twee varianten komen: de near edge en de outer edge. De near edge zal als basis traditionele servers, storage of hyper-converged infrastructure-devices hebben en zal op afstand beheerd worden. De outer edge kent gateway-devices, die volledig beheerd worden – of zo ontwikkeld worden dat ze niet aanpasbaar zijn en zichzelf beheren – via een verbinding met een 4G- of 5G-netwerk. Daarnaast kan er ook sprake zijn van wat Omdia een middle edge noemt, een variant die in feite een tussenvorm is.

Use cases

Deskundigen noemen verschillende mogelijke use cases voor edge computing. Denk aan het monitoren van industriële machines en processen (voor Industry 4.0-initiatieven), connected en autonome voertuigen, augmented en virtual reality (AR/VR), hoogwaardige video en gaming en allerlei specifieke diensten voor bepaalde sectoren.

Kansen voor CSP’s

Volgens de deskundigen biedt edge vooral voor communication service providers (CSP’s) belangrijke kansen. Maar zij zijn niet de enigen die van het concept kunnen profiteren en er daarom mee bezig zijn. Public-cloudproviders zoals AWS, Google en Microsoft werken ook aan de ontwikkeling van afgeschaalde versies van hun huidige hyperscale-cloudinfrastructuren om zo in te spelen op de eisen van kleinere workloads. Zij vormen met hun uitgebreide aanwezigheid en brede expertise op het gebied van infrastructuur ook belangrijke spelers in deze markt.

Uitdagingen

Volgens het onderzoek van Omdia is het op kleine, lokale schaal verzamelen, opslaan en verwerken van data op zichzelf geen grote technische uitdaging. Het zal volgens de analisten van het researchbureau vooral gaan om andere vraagstukken, zoals de logistiek en praktische invulling en – wellicht het belangrijkst –het bijbehorende financiële plaatje. Met andere woorden: wie gaat betalen voor een infrastructuur die in potentie bestaat uit wel duizenden edge nodes in één enkel netwerk en wie gaat – of gaan – er het meest van profiteren?

Aangezien edge twee werelden samenbrengt – die van connectiviteit en computing – aan de rand van het netwerk, is de kans klein dat één enkel bedrijf alle resources heeft om alle mogelijkheden te bieden. Bij edge-netwerken gaat het om de inzet van verschillende technologieën, waaronder real-time dataverwerking en -beheer, ultra-lage latency en lokale content-caching. Dat alles moet zo kostenefficiënt mogelijk gebeuren. Dit alles betekent dus dat samenwerking nodig is. Maar met de juiste partnerships kan edge een echte vlucht nemen.

Het onderzoeksrapport van Omdia (2020) is hier te vinden: Telcos and edge computing: opportunity, threat or distraction?

Dit is een ingezonden bijdrage van Vertiv. Via deze link vind je meer informatie over de mogelijkheden van het bedrijf.