2min

Amazon Web Services (AWS) heeft een reeks nieuwe Lambda-functies aangekondigd. Daarmee moet de dienst nog geschikter worden voor ontwikkelaars, meldt TechCrunch.

Lambda werd in 2015 onthuld en speelde een rol in het populairder maken van serverless computing. Daarbij schrijft een ontwikkelaar code en handelt AWS de compute, het geheugen en de opslag af die nodig is om de code te laten werken. Daardoor hoeft een ontwikkelaar zich niet meer bezig te houden met de onderliggende servers en hoeft er niet voor voor alle infrastructuur geprogrammeerd worden. Ook wordt er alleen betaald voor de computing die nodig is om een applicatie te laten werken.

Bij de nieuwe update wordt er onder meer ondersteuning voor nieuwe programmeertalen beschikbaar. De ontwikkelaars die Ruby gebruiken kunnen nu Ruby Support for AWS Lambda gebruiken. “De SDK for Ruby is nu standaard onderdeel in de Lambda execution-omgeving”, aldus Chris Munns van het bedrijf. Ook is C++ Lambda Runtime gelanceerd.

AWS heeft verder het platform opengezet voor vrijwel iedere programmeertaal met de nieuwe Lambda Runtime API. Volgens Danilo Poccia van het bedrijf is dat een “simpele interface om iedere programmeertaal of specifieke versie van een taal te gebruiken om je functies te ontwikkelen”.

Gebruikers met verschillende smaken in integrated development environments (IDE’s) kunnen vanaf nu gebruikmaken van ondersteuning voor diverse populaire versies, zoals PyCharm en IntelliJ, in preview en Visual Studio.

Lambda Layers

Het bedrijf ziet verder dat hoewel Lambda ontworpen is om een stuk complexiteit weg te halen voor ontwikkelaars, dat niet betekent dat alle serverless applicaties bestaan uit eenvoudige event triggers. De apps worden geavanceerder, wat betekent dat systeemcomponenten benodigd zijn en diverse onderdelen aan elkaar moeten worden gelinkt.

Daarom is Lambda Layers geïntroduceerd, wat omschreven wordt als “een manier om code en data die gedeeld wordt in diverse functies op een centrale plek te managen”. Dit kan eigen code zijn die door meerdere functies gebruikt wordt, maar ook een manier om code te delen voor versimpelde zakelijke logica.

Verder werd de Step Functions Service-integratie aangekondigd, waarmee ontwikkelaars een set aan stappen en triggers kunnen definiëren, die kunnen verbinden met andere diensten van Amazon. Het gaat onder meer om Sagemaker, DynamoDB en Fargate. Ontwikkelaars kunnen daardoor complexere applicaties maken die niet alleen een actie uitvoeren, maar ook andere diensten van Amazon triggeren.