2min

Tags in dit artikel

, , ,

Red Hat heeft de publieke open-source toegang tot het eigen Enterprise Linux (RHEL) beëindigd, en daar is lang niet iedereen blij mee. Concurrent SUSE benadrukt via een blogbericht dat het met Liberty Linux een alternatief heeft. Daar blijft de ondersteuning voor open-source onveranderd, stelt topman bij SUSE Thomas Di Giacomo.

Vorige week liet Red Hat weten dat het niet meer publieke toegang verleent tot de meest recente versie van de RHEL source-code, de betaalde Linux-distributie die de basis vormt voor populaire gratis alternatieven, waaronder CentOS. Het bedrijf was van mening dat partijen als Rocky Linux en Alma Linux eigenlijk alleen maar werk van Red Hat afsnoepten zonder zelf iets bij te dragen.

Contrast

Di Giacomo opent niet expliciet de aanval op Red Hat, ook al is het besluit van Red Hat de directe aanleiding voor het schrijven van het blogbericht. Wel stipt hij aan dat SUSE een groot bijdrager is aan upstream projects, waaronder de Linux-kernel. Daaraan heeft RHEL zijn bestaan deels te danken, weet men bij SUSE. Het is een duidelijk statement dat Red Hat zelf veel te danken heeft aan open-source.

Waar SUSE zich in zou onderscheiden, is het leveren van een “robuuste support-infrastructuur, tijdige updates en een best-in-class gebruikerservaring voor community-gebruikers en klanten” van SUSE Liberty Linux. Die OS geldt als een managementlaag voor heterogene IT-omgevingen met bijvoorbeeld CentOS- en RHEL-instanties. Het heeft voortdurend bijgehouden compatibiliteit en security fixes om het gebruik van dit besturingssysteem werkbaar te houden.

Om het contrast met Red Hat nog scherper te maken, spreekt Di Giacomo over een “levendig ecosysteem” aan open-source projecten, met de eigen openSUSE-community en de “volgende generatie van Linux” met het Adaptable Linux Platform. Laatstgenoemde is een versie van Linux die nog volop in ontwikkeling is, dat developers zoveel mogelijk druk weg zou moeten nemen dankzij al geïnstalleerde apps en een focus op workloads.