In dunbevolkte gebieden is het niet eenvoudig om voor alle vakken de klassen goed te vullen. Daar wilde VO Zeeuws-Vlaanderen iets aan doen. Het kreeg hierbij de hulp van Poly.
De gemeenschap van middelbare scholen VO Zeeuws-Vlaanderen had een probleem. Zeeuws-Vlaanderen kampt met een teruglopende bevolking en afnemende leerlingenaantallen. Hierdoor werd het steeds moeilijker om volle klassen te krijgen bij minder reguliere vakken als Wiskunde D of Aardrijkskunde. De scholengemeenschap bestaat uit drie losse scholen, die samen wel genoeg leerlingen hebben om deze klassen te kunnen vullen. Er zitten echter tientallen kilometers tussen de verschillende scholen, waardoor leerlingen niet eenvoudig en snel heen en weer kunnen reizen tussen verschillende panden. Daarom vond de scholengemeenschap een digitale oplossing.
We spreken met Eric Provoost, muziekdocent en ICT-coördinator op de scholengemeenschap, en Sebastian Hoogstadt, Sales Director voor de Benelux bij Poly. VO Zeeuws-Vlaanderen had Poly’s referenten voor toepassing van video communicatie in onderwijs gezien en benaderde Poly daarom. Een dergelijk systeem was al in dunbevolkte gebieden in Scandinavië en VS toegepast, maar de inzet van dit systeem in Nederland is nieuw. Een gezamenlijk bezoek aan Poly’s briefing centre in Parijs bevestigde de mogelijkheden die Poly biedt.
Synchroniserende schoolborden
In een eerder bericht op Techzine wordt de techniek achter de Extended Classroom besproken. Kort samengevat hebben alle drie de scholen in de gemeenschap (het Zwin College in Oostburg, het Lodewijk College in Terneuzen en het Reynaertcollege in Hulst) een lokaal ingericht dat als ‘uitbreiding’ van de andere twee lokalen dient. Vooraan het lokaal is een digitaal schoolbord dat wordt gesynchroniseerd met de digitale schoolborden in de andere twee lokalen en met vier grote schermen. Met de bijbehorende webcams krijgen zowel de docent als de leerlingen een kijkje in wat er bij de andere lokalen gebeurt. Alle leerlingen hebben ook een eigen laptop om op te werken.
Het systeem is helaas nog maar vrij beperkt gebruikt. In januari 2020 waren de leslokalen gereed, maar twee maanden later werd vanwege de coronapandemie les op afstand de norm. Hierbij kon het slimme digitale systeem helaas geen soelaas bieden en waarschijnlijk gaan de scholen pas in september weer naar volle capaciteit open.
Toch hebben de docenten van VO Zeeuws-Vlaanderen al hun eerste ervaringen kunnen opdoen, en die zijn positief. De docenten die het systeem gebruikten, gaven aan zich niet belemmerd te voelen door de techniek. Docenten zijn niet altijd even handig met techniek, maar het systeem van Poly is door integrator Dekom zo opgezet dat het eenvoudig te gebruiken is. De systemen zijn met één druk op de knop te activeren, dus de docent is niet lang bezig met het opzetten van zijn lessen. Verder zijn de docenten in staat om de microfoons van leerlingen zo nodig uit te zetten, opdrachten naar de laptops van leerlingen te pushen en deze ook na te kijken.
Probleemoplossing als doel, niet kostenbesparing
Door deze eenvoud staat de techniek niet in de weg van de docent. Die zorgt er juist voor dat een probleem opgelost kan worden, aldus Provoost. Het succes van het project is hiermee niet afhankelijk van hoe goed een docent om kan gaan met de techniek. Docenten die goed kunnen lesgeven in normale klaslokalen, komen ook in de Extended Classroom goed tot hun recht.
Sommige docenten waren aanvankelijk bang dat het systeem bedoeld was als een kostenbesparing. Het leek erop dat één docent nu plotseling drie klassen tegelijk zou moeten lesgeven. In de praktijk valt dat echter mee, aangezien de lokalen zijn ingericht voor maximaal 12 leerlingen. Dit maakt dat een docent voor maximaal 36 kinderen tegelijk staat. Iets groter dan gebruikelijk, maar niet aanzienlijk.
Een nieuwe manier van werken
De techniek zelf bleek niet het grootste probleem bij het in gebruik nemen van het Extended Classroom-systeem. Waar de scholen vooral tegenaan liepen, was dat de drie scholen hun roosters nog niet op elkaar hadden afgestemd. De tijdsschema’s kwamen nog niet overeen. Dit maakte het lastig om een les in de Extended Classroom in te plannen binnen de bestaande roosters van de leerlingen. Daarom worden dergelijke lessen nog voornamelijk aan het begin van de dag ingepland. Dit is echter een overkomelijk probleem wat prima op te lossen lijkt door de roosters van de drie scholen aan het begin van een schooljaar met elkaar te synchroniseren.
Een perfecte vervanging voor fysieke lessen is het uiteraard niet. Vooral praktijkvakken zijn nog moeilijk te vertalen naar deze digitale tegenhanger. Bij scheikundelessen kan het van pas komen dat er een docent aanwezig is om in te grijpen. Daar kan weleens iets misgaan. Ook muzieklessen gaan niet ideaal als de docent en leerlingen niet fysiek in dezelfde ruimte zijn.
Hoogstadt ziet echter wel manieren hoe ook in dergelijke vakken in de toekomst meer virtuele mogelijkheden beschikbaar komen. Zo noemt hij virtualreality-applicaties als optie. Leerlingen kunnen zich dan virtueel in dezelfde ruimte als hun klasgenoten wanen en directer met elkaar interacteren.
Investering voor langere termijn
Overigens vraagt de totale, geïntegreerde oplossing (techniek van Poly, interactieve borden, inrichting lokalen) een behoorlijk budget. Provoost wil niet delen hoeveel het systeem precies heeft gekost, maar het is genoeg om enkele jaren een extra docent te van kunnen betalen. Daar staat dus wel tegenover dat het systeem al snel goedkoper is dan extra docenten aannemen voor die paar vakken. Bovendien is het project opgezet als een pilot van hoe de Extended Classroom eruit moet zien. Daarmee heeft de school aanspraak kunnen doen op een potje van de Rabobank, bedoeld voor dergelijke projecten.
Wie volgt?
Vooralsnog lijken andere scholen in Nederland de kat uit de boom te kijken. Hoewel veel onderwijsinstellingen fors hebben geïnvesteerd in video communicatiemiddelen voor onderwijs op afstand, is voor zover bekend VO Zeeuws Vlaanderen de enige school in het land waar een dergelijk systeem wordt ingezet voor een extended class room toepassing. We kunnen het ons echter voorstellen dat er meer gebieden zijn in Nederland waar een dergelijk systeem relevant kan zijn, zoals dunbevolkte provincies in het noorden. Er is bovendien niet echt een limiet van hoe ver de scholen van elkaar vandaan kunnen zijn, aangezien de latency’s (vertraging in videobeelden) binnen Nederland altijd ruim binnen acceptabele waardes blijven. Een samenwerking tussen scholen in volledig andere regio’s is daardoor niet uitgesloten.
De gevolgen van de coronapandemie lijken in Nederland inmiddels tegen hun einde te lopen. In de afgelopen anderhalf jaar waren alle scholen plotseling gedwongen om te leren omgaan met techniek. Dit zal voor veel docenten voor een slechte nasmaak hebben gezorgd. Vermoedelijk hebben ook veel scholen gezien wat er vandaag de dag allemaal op afstand mogelijk is. Misschien zorgt dit ervoor dat meer scholen technologische mogelijkheden als de Extended Classroom gaan zien als een oplossing voor eventuele problemen waar ze tegenaan zouden lopen. De techniek is er namelijk klaar voor en het kostenplaatje is ook logisch. Het is nu nog een kwestie van acceptatie.