2min

Microsoft bereidt zich voor op de aanstaande presentatie van het Windows 8-besturingssysteem. Toch hangt er een wolk van onzekerheid boven het besturingssysteem, want het succes ervan ligt namelijk in handen van applicatie-ontwikkelaars, die vooralsnog niet massaal warmlopen voor het besturingssysteem.

Er zijn verschillende redenen waarom Microsoft zich zorgen zou moeten maken. Windows 8 wijkt namelijk erg veel af van oudere versies van Windows, het is nog onduidelijk hoe de consument hierop gaat reageren. Om die reden houden ook ontwikkelaars zich een beetje op de vlakte en blijft de ontwikkeling van apps achter.

Op dit moment zitten er 7000 applicaties in de Windows Store. Ter vergelijking met de App Store is dat weinig, daar zijn al 250.000 apps te vinden. Tom Miller, analist van IDC, geeft aan dat de hoeveelheid niet hetgeen is waar een consument direct naar kijkt. Microsoft geeft in de basis twee versies uit van het nieuwe besturingssysteem, Windows 8 en Windows RT. Deze laatste is niet backwards compatible met x86 applicaties. Dit betekent dat als er geen apps in de Windows Store worden gezet, een consument een tablet koopt waarmee over het web gesurfed kan worden en Office gebruikt kan worden, maar dat het daar ophoudt. Dat is vervelend voor een apparaat dat moet gaan concurreren met onder andere de iPad.

Dan is er ook nog een ander aspect dat ontwikkelaars afschrikt om hun applicaties in de Windows Store te zetten. Microsoft vraagt 25 procent van het geld dat een applicatie oplevert als deze verkocht wordt, dit wordt weliswaar bij 25.000 verkopen teruggeschroefd naar 20 procent, maar alsnog is dat een omschakeling voor ontwikkelaars, die voorheen hun applicaties via bijvoorbeeld een eigen website beschikbaar stelden.