IBM-CEO Arvind Krishna ziet de huidige AI-golf niet als een bubbel. In de podcast Decoder van The Verge stelt hij dat generatieve AI en grote taalmodellen een structurele technologische verschuiving vormen, vooral binnen het bedrijfsleven.
Volgens Krishna groeit AI niet op speculatie, maar op daadwerkelijke waardecreatie. Terwijl de technologie volgens hem duurzaam is, ziet hij tegelijk een opvallende financiële dreiging: de enorme investeringen in AI-datacenters ontwikkelen zich in een tempo dat economisch moeilijk te dragen is.
De kern van Krishna’s redenering is dat AI inmiddels directe productiviteit oplevert. Bedrijven zetten systemen in voor automatisering, softwareontwikkeling, analyse en interne efficiëntieverbetering. Dat maakt deze fase volgens hem fundamenteel anders dan eerdere hypegolven. Hij ziet geen tekenen van een bubbel, omdat de onderliggende vraag wordt gedreven door concrete zakelijke toepassingen en niet door speculatieve verwachtingen.
Tegelijkertijd signaleert Krishna risico’s buiten de technologie zelf. In een analyse die onder meer door Tom’s Hardware is uitgelicht, wijst hij op de kapitaaluitgaven die grote AI spelers plannen. Volgens zijn berekeningen kost het vullen van een één gigawatt AI-datacenter ongeveer 80 miljard dollar aan hardware. Grote bedrijven werken inmiddels aan plannen voor tientallen tot zelfs honderd gigawatt aan toekomstige capaciteit. Opgeteld zou dat theoretisch kunnen oplopen tot rond de acht biljoen dollar aan investeringen.
Volgens Krishna is dat bedrag extreem lastig terug te verdienen. Om alleen al de kapitaalkosten te dekken, zouden bedrijven gezamenlijk ongeveer 800 miljard dollar winst per jaar moeten realiseren. Daar komt bij dat de huidige AI-accelerators doorgaans in vijf jaar worden afgeschreven. Door de snelle technologische vooruitgang verwacht Krishna dat vervanging van vrijwel complete hardwarevloten noodzakelijk blijft. Hij stelt dat het materieel in die periode volledig benut moet worden omdat het daarna verouderd raakt en opnieuw moet worden aangeschaft.
Veel datacenterplannen zijn volgens Krishna economisch twijfelachtig
Deze combinatie van korte vervangingscycli en enorme schaalvergroting maakt dat een deel van de huidige datacenterplannen volgens Krishna economisch twijfelachtig is. Dat staat los van de vraag of AI zelf een bubbel vormt. Krishna maakt daarbij een duidelijk onderscheid. De technologie is volgens hem duurzaam en de vraag vanuit enterprises blijft groeien. De infrastructuurwedloop van sommige spelers is dat mogelijk niet.
IBM kiest daarom voor een andere benadering. Krishna erkent dat de eerste generatie van IBM’s AI, zoals het oorspronkelijke Watson, te monolithisch was en daardoor moeilijk schaalbaar. De nieuwe modulaire aanpak past volgens hem beter bij de praktijk binnen bedrijven en maakt AI toepasbaar in uiteenlopende scenario’s zonder dat complete systemen vervangen hoeven te worden.
Krishna verwacht dat generatieve AI de komende jaren een belangrijke motor blijft voor productiviteitsgroei, terwijl quantumcomputing op langere termijn een volgende stap kan vormen. Volgens hem blijft de technologie zelf stevig overeind, maar vraagt de economische basis onder steeds grotere datacenters om meer realisme.