2min

Tags in dit artikel

, ,

Systemen die werken met op afstand afleesbare chips (RFID) kunnen de electronische systemen in een ziekenhuis ontregelen. Dit blijkt uit onderzoek van TNO en het Academisch Medisch Centrum in Amsterdam.

TNO heeft samen met het Academisch Medisch Centrum in Amsterdam onderzocht hoe het zit met de gevoeligheid van diverse ziekenhuisapparatuur voor RFID-chips in het ziekenhuis. Hieruit blijkt dat de chips de systemen kunnen ontregelen. Het gaat in totaal om 41 apparaten, welke in de operatiekamer staan, of op de afdeling Intensieve Zorg.

De radiofrequentie die de RFID-chips uitzenden worden ook gebruikt door de onderzochte apparatuur, waardoor er storingen onstaan. "Tot ieders verrassing ontstonden er storingsproblemen van RFID op medische apparatuur. Zo gebruikten we een actieve RFID-tag die communiceerde over hetzelfde radiokanaal als een programmer die een pacemaker instelt. In andere gevallen stoorde het RFID-signaal op medische apparaten doordat onderdelen daarvan onbedoeld als ontvanger werkten. Zo was er een infuuspomp die een vals alarm afgaf en daarna moest worden herstart. Ook een beademingsapparaat en een defibrillator ondervonden storing", aldus Reinout Hensbroek, elektrotechnisch ingenieur en adviseur medische technologie bij TNO.

De onderzoekers pleiten ervoor dat er eerst per operatiekamer gekeken wordt of RFID-chips problemen opleveren, voordat de techniek in ziekenhuizen wordt geïmplementeerd. Verder denken de onderzoekers dat er een taak ligt bij fabrikanten van apparatuur. Zo zouden de machines minder gevoelig voor RFID-chips gemaakt kunnen worden of zou het vermogen van de chips verminderd kunnen worden.

Als het aan Hensbroek ligt geven de Europese overheden nieuwe frequentiebanden vrij. Op dit moment wordt er gebruik gemaakt van vrije frequentiebanden wat de kans op storing groter maakt dan wanneer er een aparte frequentieband gebruikt wordt. Het is overigens de eerste keer dat een dergelijk onderzoek wordt gehouden. De resultaten van het onderzoek worden binnenkort gepubliceerd in het Journal of the American Medical Association (JAMA).

Dit artikel kwam tot stand met een bijdrage van DjRex.