2min

De ontslagronde volgt na een te snelle uitbreiding tijdens de pandemie.

Salesforce CEO Marc Benioff heeft bevestigd dat het personeelsbestand met ongeveer tien procent (circa 7000 werknemers) gaat krimpen. Benioff deelde het nieuws in een schriftelijke verklaring.

Hij prees het personeel, maar benadrukte dat het bedrijf een “zeer moeilijke beslissing” moet nemen. Het economische klimaat “blijft uitdagend”, aldus de CEO. “Onze klanten hebben een voorzichtigere aanpak voor aankoopbeslissingen”.

Naar eigen zeggen neemt Benioff verantwoordelijkheid voor de ontslagronde. “Toen onze omzet door de pandemie toenam hebben we te veel mensen aangenomen, wat leidde tot de economische neergang waar we nu mee te maken hebben. Daar neem ik verantwoordelijkheid voor.”

In februari 2022 had Salesforce 79.000 werknemers, een stijging van 30 procent ten opzichte van 2020. De keuze om toentertijd op te schalen is enigszins begrijpelijk. De pandemie bleek een zegen voor bedrijven die werken op afstand mogelijk maken, waaronder Salesforce. De omzet explodeerde nadat werknemers door lockdowns gedwongen werden thuis te werken.

Werken op afstand loopt terug

Ironisch genoeg werd Salesforce zelf gedwongen om veel van zijn nieuwe werknemers in 2021 thuis te laten werken. Nog ironischer is het feit dat Benioff onlangs klaagde over de productiviteit van thuiswerkende collega’s.

Alles veranderde toen de pandemie afnam en mensen naar kantoor terugkeerden. De trend veroorzaakte een golf van ontslagen in de techindustrie.

Salesforce is één van honderden organisaties die in de afgelopen maanden in hun personeelsbestand hebben moeten snijden. “Het is onze prioriteit om degenen die Salesforce zullen verlaten te ondersteunen, onder meer met een ruime ontslagvergoeding”, belooft Benioff.

De CEO vertelde dat getroffen werknemers in de Verenigde Staten “minimaal vijf maanden salaris, ziektekostenverzekering en carrière-ondersteuning zullen ontvangen”. Volgens Benioff ontvangen werknemers buiten de Verenigde Staten een vergelijkbaar pakket, aansluitend op “de arbeidswetgeving van hun land”.