2min

Equinix werkt samen met de Nationale Universiteit van Singapore (NUS) aan het gebruik van waterstof als groene en milieuvriendelijke energiebron voor datacenterinfrastructuren. Hierbij worden twee specifieke technologieën met elkaar gecombineerd.

Equinix is een dienstverlener van datacenters en colocaties. Volgens de organisatie moet het gezamenlijke onderzoek gaan ontdekken of waterstof kan dienen als on-site brandstof voor de energievoorziening van zijn datacenterlocaties.

De samenwerking met het Centre for Energy Research & Technology (CERT) van de NUS moet een combinatie opleveren van twee vormen van schone energie-technologieën voor gebruik in toekomstige datacenters.

PEM en lineaire generators

De eerste technologie zijn zogenoemde Proton-Exchange Membrane (PEM) brandstofcellen. Deze brandstofcellen, die steeds populairder worden, gebruiken waterstof en zuurstoof om energie op te wekken. Sommige ontwerpen van de brandstofcellen kunnen zelfs het hele proces terugdraaien en in de toekomst waterstof ontwikkelen op basis van alleen water en elektriciteit.

Binnen de nieuwe samenwerking worden deze PEM-technologieën gecombineerd met zogenoemde brandstofflexibele lineaire generators. Deze generators zijn in staat te switchen tussen verschillende brandstoffen, zoals waterstof, biogas en andere hernieuwbare, vloeibare brandstoffen. De generators gebruiken daarnaast een reactie van lucht en brandstof op lage temperatuur in plaats van een verbrandingsproces.

Met deze generators wordt het volgens Equinix makkelijker de installatie van infrastructuur aan nieuwe marktomstandigheden aan te passen. Dit moet het voor bedrijven makkelijker maken om flexibeler te handelen als het gaat om datacenterinfrastructuur.

Proof-of-concepts

Binnen de overeenkomst tussen beide partijen gaat het CERT van de NUS zich richten op een analyse van beide technologieën. Op basis van deze analyse moet worden bepaald in hoeverre de technologieën in staat zijn op grote schaal te werken.

Datacenter- en colocatieaanbieder Equinix gaat voor beide oplossingen proof-of-concepts ontwikkelen, zodat deze live in het wereldwijde datacenternetwerk kunnen worden getest. Hierbij wordt voorkeur gegeven aan de meest levensvatbare technologie voor toekomstige datacenterontwerpen.