2min

De overheid moet beter optreden tegen internetcriminaliteit zodat het geen broedplaats wordt van racistische of terroristische groepen in Nederland. Dat vinden meeste grote politieke partijen. De overheid kan nog veel verbeteren aan haar internetbeleid. De overheid moet beter communiceren, meer diensten aanbieden en internetcriminelen opsporen.

Dit blijkt uit een vergelijking van de programma’s van de belangrijkste politieke partijen door ict-nieuwssite Webwereld.

In de programma’s is veel aandacht voor radicalisering op internet en de bestrijding van internetcriminaliteit. Dit wordt expliciet in het partijprogramma vermeld door het CDA, de PvdA, de SP en GroenLinks. Het CDA is de enige partij die concreet het aantal internetrechercheurs wil uitbreiden. Andere partijen komen vaak niet verder dan ‘het afsluiten van haatsites’.

Ook uiten enkele partijen in hun programma kritiek op het internetbeleid van de overheid. Zo vindt de Partij van de Arbeid dat de overheid te weinig kennis van zaken heeft om internetcriminaliteit goed aan te pakken.

Volgens D66 wordt er in de gezondheidszorg nog te weinig gebruikgemaakt van de ict-mogelijkheden. Overigens hamert D66 in het programma nadrukkelijk op de inzet van internet bij een betere communicatie tussen de overheid met de burger. De democraten willen als enige partij internet inzetten om naar de mening van burgers te vragen.

Internet is gemeengoed geworden, daarvan zijn de meeste partijen zich wel bewust. Diverse partijen benadrukken daarom dat scholing in internetgebruik van belang is.

En dan zijn er nog wat kleine opvallende standpunten. Zo is open-source alleen een issue voor de SP en de PvdA. De VVD is voor het openstellen van een publieke database met de prijzen van het hele huurwoningbestand en het CDA ziet wel wat in een databank met natuurgegevens.

De partij van Geert Wilders, Groep Wilders/Partij voor de Vrijheid, schittert in dit overzicht door het ontbreken van ict-gerelateerde onderwerpen in het programma.