1 min

Tags in dit artikel

, , , ,

De documenten die Paul Caglia aanvoert als bewijs in de rechtszaak tussen hem en Facebook zijn nep. Dit stelt Facebook na onderzoek van de documenten. Facebook vraagt de rechter dan ook de rechtszaak te laten vallen.

In de rechtszaak claimt Paul Caglia als aanklager dat hij recht zou hebben op minimaal 50 procent van Facebook. Volgens Caglia zou hij hier recht op hebben nadat hij akkoord ging met Zuckerberg om de website te ontwikkelen. Caglia zou hiervoor de helft van Facebook terug krijgen. Als bewijslast zou Caglia enkele e-mails en berichten moeten aanleveren, om de rechter te kunnen overtuigen.

Opmerkelijk genoeg gaf Caglia zijn advocaat met nadruk geen toestemming om deze berichten te publiceren. Op deze manier rekte hij de publicatie enkele malen tot hij begin dit jaar alsnog de documenten, e-mails en wachtwoorden van e-mailaccounts openbaar maakte voor de rechter. Doordat hij de rechtsgang vertraagde, kreeg Caglia een boete van vijfduizend dollar wegens gebrek aan respect jegens het rechtssysteem.

Na onderzoek claimt Facebook echter dat deze bewijsstukken nep zijn. Tevens meldt het bedrijf dat er 200 e-mails tussen Zuckerberg en Caglia gevonden zijn op de servers van Havard University. Deze e-mails tussen de twee partijen zouden volgens het juridische team van Facebook genoeg zijn om de argumenten van Caglia van tafel te vegen. Het team van Zuckerberg vraagt de rechter nu dan ook om de rechtszaak te laten vallen.