2min

Het Amerikaanse bedrijf Delphi is erin geslaagd om een zelfrijdende auto van San Francisco naar New York te laten rijden. Gedurende de trip was er ten allen tijden een chauffeur aanwezig in de auto die kon ingrijpen mocht dat nodig zijn. De trip duurde negen dagen en daarmee is Delphi het eerste bedrijf dat met een zelfstandige rijdende auto van de westkust naar de oostkust is gereden.

Delphi heeft een Audi SQ5 voorzien van de nodige extra technologie om de auto zelfrijdend te maken. Zo is de auto voorzien van verschillende camera’s en radarsystemen. Onder meer van Lidar-camera’s die gespecialiseerd zijn in het schatten van afstanden. Gedurende de trip heeft het bedrijf weer veel geleerd en zijn er genoeg punten ontdekt waarop het systeem kan worden verbetert. In totaal werd er zo’n 3TB aan data verzameld. Het grootste probleem bleek het wisselen van de snelheid naar het stadsverkeer, dat had de auto het meeste problemen mee en daarbij moesten de chauffeurs ingrijpen.

Het bedrijf heeft gekozen om via een zuidelijke route van de westkust naar de oostkust te rijden omdat het sneeuw wilden vermijden. Wel kreeg het voertuig te maken met andere weersomstandigheden zoals regen en daar kon het goed mee omgaan. Ook is de auto meerdere malen verbilind door de zon, dat zorgde niet voor problemen.

Wat het bedrijf ook is opgevallen tijdens de rit is dat de auto zich constant aan de maximumsnelheid houdt en dat dat niet altijd wordt gewaardeerd door de overige weggebruikers. Daar is echter nog geen passende oplossing voor.

Delphi levert momenteel al technologie aan verschillende autobedrijven en de kans is dan ook groot dat meerdere fabrikanten in de toekomst zelfrijdende auto’s gaan introduceren die voorzien zijn van Delphi-technologie. Op dit moment behoren Audi en Volvo bijvoorbeeld tot de klanten van het bedrijf.