5min

Tijdens VMworld in Barcelona heeft VMware een schot voor de boeg afgevuurd op het gebied van IoT en edge computing. Het heeft kort laten zien waar het aan werkt en wat we de komende edities van VMworld kunnen verwachten. Het bedrijf gaat flink inzetten op edge computing en Internet of Things-oplossingen. Wij durven wel te zeggen dat dit menig marktsegment op zijn kop gaat zetten en gaat zorgen voor flinke disruptie.

Het belangrijkste wapenfeit op dit gebied kwam eigenlijk pas helemaal op het einde van de openingskeynote. Op het podium werd een Raspberry Pi getoond met de mededeling dat daar VMware Esxi op draait. Een computer met 1GB werkgeheugen en een budget processor. Voor sommige weinig spannends, voor ons genoeg informatie om er eens dieper in te duiken. We gingen in gesprek met Matthias Schorer, Lead Business Development Manager IoT EMEA bij VMware.

VMware gaat virtualiseren op de gateway

Virtualisatie heeft ruim tien jaar geleden de servermarkt compleet veranderd. Waar we vroeger voor elke use case een fysieke server moesten kopen, konden we ineens de capaciteit van een server in tweeën, drieën, vieren of zelfs in achten hakken. Vervolgens konden er meerdere gevirtualiseerde servers op gedraaid worden. Dit zorgde voor kostenbesparingen op hardware en op energieverbruik. Maar nog belangrijker is dat het veel eenvoudiger werd om backups/snapshots te maken en om een virtual machine te verplaatsen als er een hardwareprobleem was.

VMware gaat nu proberen datzelfde kunstje te herhalen op de edge. Bedrijven krijgen te maken met industriële machines, kantoorinstallaties of misschien gewoon de thermostaat die allemaal voorzien zijn van sensoren en die via een eigen besturingssysteem moeten worden aangestuurd en uitgelezen. Natuurlijk hopen we dat daar grotendeels standaarden voor gaan komen, maar feit is dat we straks waarschijnlijk nog steeds een vijftal standaarden over houden. In theorie zouden we dan in al die apparaten een edge computer moeten bouwen zodat we die data kunnen uitlezen en de apparaten kunnen beheren.

Als het aan VMware ligt hoeft dat niet. Zij willen namelijk gewoon één edge computer of gateway voor het internet neerzetten, waarop al die besturingssystemen van die apparaten kunnen worden gevirtualiseerd. Hierdoor heb je maar één edge computer nodig waarop alles kan draaien. Natuurlijk zijn er altijd uitzonderingen, zeker als er echt veel rekenkracht nodig is. Maar over het algemeen heb je voor configuraties en het uitlezen van sensoren weinig paardenkracht nodig.

Als dit echt van de grond komt, zet VMware mogelijk een stap in elk bedrijf of zelfs in elk huishouden.

VMware gaat virtualiseren op ARM

Alle virtualisatie technologie die VMware in het verleden heeft ontwikkeld, is gebaseerd geweest op x86-processoren. Dat betekent processoren van Intel of AMD. Daar heeft VMware altijd aan vastgehouden omdat 95 procent van alle servers, misschien wel meer, gebruikmaakt van x86-processoren. Met de komst van het Internet of Things en edge computing gaat dat veranderen. We hebben namelijk niet langer per definitie een hele krachtige machine nodig, maar een meer flexibele chip die zowel veel als weinig prestaties kan leveren, maar die bovenal erg energiezuinig is. Dat is de specialiteit van ARM-processoren, die zijn zeer energiezuinig en kunnen aan de ene kant heel krachtig zijn en aan de andere kant juist zichzelf helemaal terugschakelen zodat het energieverbruik zeer minimaal wordt. Dit soort chips vinden we niet voor niks terug in alle smartphones en tablets.

VMware heeft nu laten vallen dat ze ook gaan virtualiseren op ARM, waarschijnlijk vanaf de volgende VMworld. Dat gaat grote veranderingen te weeg brengen in menig marktsegment. Dit biedt namelijk een hele rits nieuwe mogelijkheden. ARM-processoren zijn namelijk ook flink goedkoper dan x86-processoren. Daarnaast biedt virtualisatie ook de nodige beveiligingsvoordelen. Zo kan je omgevingen van elkaar scheiden, sandboxen of mogelijk zelfs met NSX of NSX-T microsegmentatie toepassen op het netwerk.

Producten die mogelijk als eerste veranderen

Er zijn wel een aantal productgroepen te bedenken die mogelijk grote veranderingen te wachten staan. Zeker als virtualisatie op ARM mogelijk wordt. Wat te denken van bijvoorbeeld routers, zowel bij bedrijven als bij mensen thuis. Die maken vaak gebruik van ARM-chips en op dit moment draaien die vaak een heel gesloten Linux-besturingssysteem. Als dat gevirtualiseerd wordt, dan is het mogelijk om daar bijvoorbeeld een VM van een nextgen-firewall op te zetten. Of een geavanceerde monitoringstool die alle apparaten in het netwerk in de gaten houdt, of een malware-scanner die op tijd kan ingrijpen bij een mogelijke ransomware uitbraak. Er ontstaat een mogelijkheid om eenvoudig op een generiek apparaat een VM te laden met een specifieke oplossing. Voor bedrijven die dit soort oplossingen verkopen een gouden kans.

Een andere productgroep die mogelijk gaat veranderen is die van beveiligingscamera’s. Op dit moment wordt een groot deel van de kunstmatige intelligentie op de applicatie in de camera zelf uitgevoerd, omdat het onmogelijk is om alle beelden naar de cloud te streamen en direct te analyseren. Dit soort systemen zijn allemaal gesloten en bedrijven moeten die applicaties dus bouwen volgens de specificatie van de camerafabrikant. Daarnaast is het afwachten hoe goed de beveiliging vervolgens geregeld is. Als je op de camera zelf kan gaan virtualiseren kunnen bedrijven gewoon een VM aanleveren met de applicatie. Daarnaast kunnen de VM’s van elkaar worden gescheiden waardoor de beveiliging ook veel beter is geregeld.

Ook kiosk-computers zullen gaan veranderen. Nu hebben bedrijven en winkels alleen de kassa op zo’n kiosk-unit. Als je het systeem virtualiseert kan je er ook gewoon het muzieksysteem, de airco’s, verwarming, lampen en beveiligingscamera’s mee bedienen of aanpassen.

Virtualiseren kan ook met containers

VMware heeft dit jaar een grote push gemaakt richting containers, door het Kubernetes project te omarmen en te zorgen dat het ook mogelijk wordt om containers te draaien. Het zou natuurlijk vreemd zijn als VMware gaat virtualiseren op de edge met alleen virtual machines en niet met containers. Daarmee wordt de flexibiliteit alleen maar groter en wordt het ook eenvoudiger om updates door te voeren. Eigenlijk kunnen we er stiekem wel een beetje vanuit gaan dat VMware gaat proberen om vooral te virtualiseren met containers op edge devices.

IoT Pulse Center wordt een SaaS-product

Binnenkort zal VMware met IoT Pulse Center 2.0 komen. Deze nieuwe versie zal niet langer alleen on premise beschikbaar zijn, maar ook als SaaS-dienst worden aangeboden. Hierdoor neemt VMware weer wat werk uit handen. Er is nu een beta waar je aan mee kan doen.

Met IoT Pulse Center is het mogelijk om gateways, edge computers en sensoren te monitoren en te beveiligen. Het zorgt straks voor een beveiligde verbinding van de cloud naar het apparaat. Vanuit de SaaS-omgeving is te zien wat de status is van het apparaat. Mogelijke problemen worden gedetecteerd, de batterijstatus indien aanwezig en er zijn analytics. IoT Pulse Center beschikt over een uitgebreide API zodat de gegevens uitgelezen kunnen worden.