AWS Transform beschikbaar: legacy krijgt ervan langs

AWS Transform beschikbaar: legacy krijgt ervan langs

Afgelopen december opende Amazon met Q Developer de klopjacht op legacy-applicaties. Met AWS Transform als nieuwe naam is het nu algemeen beschikbaar om .NET-, mainframe- en VMware-legacy weg te poetsen.

Migraties die uren in plaats van weken duren, dat was de primaire belofte van Amazon bij wat toen nog Q Developer heette. Daarnaast zouden moderniseringen zo’n 40 procent goedkoper worden. Deze USP’s blijven een halfjaar later overeind bij de drievoudige aankondiging van AWS Transform.

Agentic op schaal

De details per legacy-optie verschillen, maar AWS spreekt voor zowel .NET, mainframes als VMware over een agentic AI-dienst die op schaal moderniseert. LLM’s, graph-based neurale netwerken en interne AWS-expertise moeten het denkwerk wegnemen bij de anderszins trage en pijnlijke migraties van deze oudere diensten.

De taak die AWS op zich neemt, wijkt vanzelfsprekend af per legacy service. Zo legde het bedrijf tijdens re:Invent 2024 uit dat de stap naar een modernere, “Linux-ready” .NET te maken is. Dit zorgt niet alleen voor bijvoorbeeld een geschikter format voor containers, maar kan tot 40 procent aan licentiekosten schelen.

Voor VMware-klanten ligt het pijnpunt eerder bij de wens om on-prem workloads naar de cloud te verplaatsen en ze tegelijkertijd hier ook daadwerkelijk voor geschikt te maken. Zaken als network translations kunnen hierdoor tot 80 keer sneller worden afgerond, terwijl de executietijd in pilot-programma’s volgens Amazon een tijdsbesparing van 90 procent zou hebben gerealiseerd.

Ten slotte pakt AWS Transform mainframe-workloads aan, waarvan we eerder al stelden dat dit een stuk complexer is dan het moderniseren van VMware-workloads. Immers zijn er niet zoveel mainframe-gebruikers en hebben ze veelal een exotische inrichting. Zelfs in ideale scenario’s duren migraties hierdoor nog altijd maanden, aldus Amazon, hoewel dit zonder Transform jaren had geduurd.

Nieuwe mogelijkheden

Transform voor .NET

Met de algemene release kent AWS Transform in al haar vormen tevens nieuwe features. Projecten met private NuGet package dependencies waren voorheen voor Amazon Q Developer onverkend terrein, maar zijn nu wel te moderniseren. Transform moderniseert zelfs de source code van een private NuGet package als het deze vindt. Zo niet, dan kunnen developers de benodigde NuGet packages zelf uploaden om de functionaliteit te behouden. Transform laat het in de UI zien als dit nodig is.

Unit tests waren eerder al te porten van .NET Framework naar het cross-platform .NET. Nu kunnen gebruikers deze unit tests ook uitvoeren nadat Transform zijn werk heeft verricht. Een opsomming in JSON-format geeft aan het eind van dit traject een overzicht van alle wijzigingen.

Andere vernieuwingen draaien om het kunnen meenemen van bestaande UI-lagen, uitgebreide connector-ondersteuning, automatische selectie van afhankelijke repositories, een downloadbaar assessment-rapport en e-mailnotificaties van huidige Transform-jobs voor .NET.

Transform voor mainframes

Bij mainframes is er door de aard van deze architecturen een andere aanpak nodig. Hierbij draait Transform voornamelijk om het maken van een correcte analyse en het overnemen van business rules. Hierdoor hoeven niet alle eigenaardigheden van mainframe-applicaties hetzelfde te zijn, maar moeten ze onder de streep op precies dezelfde wijze functioneren.

Om dit te bewerkstelligen, doorloopt Amazon met de gebruiker een migratie via een interactieve planning-tool die alle relaties tussen componenten weergeeft. Daarnaast biedt het optimalisatie-opties aan ter overweging. De simpelste strategie is enkel code refactoring, op zich al een hels karwei vanuit een taal als COBOL. Het eindresultaat (of het nu COBOL, VSAM of DB2 bevat) is een Java Spring Boot-app. De uiteindelijke Java-code draait om leesbaarheid, onderhoudbaarheid en “technische excellentie”, aldus Amazon.

Transform voor VMware

Het lijkt erop dat de Transform-opzet voor VMware-migraties niet noemenswaardig is veranderd sinds het in december werd aangekondigd. AWS IAM Identity Center is allereerst vereist, waarna gebruikers encryptie-instellingen mogen kiezen (gemanaged door AWS of door de organisatie in kwestie). Hierna volgen discovery, provisioning en deployment, wederom met de eis om verschillende AWS-diensten te activeren. Het eindresultaat is een groep EC2-instances die de on-prem VMware-taken heeft overgenomen.

Conclusie: vernieuwing in versnelling

We stelden bij de aankondiging van wat nu AWS Transform heet, al dat het niet altijd een no-brainer is. Zelfs als het prima werkt, zijn er redenen (zoals compliance, controle en/of bestaande expertise) om je VMware- en mainframe-workloads on-prem te houden. De stap naar het nieuwe cross-platform .NET is echter wel zonder meer logisch, en iets dat AWS nu eenvoudiger dan ooit heeft gemaakt.

Lees ook: European Sovereign Cloud: hoe gaat AWS de strijd aan met de concurrentie?