Google past zoekalgoritme aan

Google gaat harder optreden tegen website-eigenaren die de bovenzijde van hun site gebruiken om advertenties opeen te stapelen. Het moet voor de gebruikers eenvoudig zijn om direct de "originele content" van de pagina terug te vinden.

Google past zoekalgoritme aan Veel gebruikers ergeren zich bont en blauw aan de hoeveelheid reclame, advertenties en banners op het internet. Maar ze vormen een wezenlijk en essentieel onderdeel voor het functioneren van het internet: zonder deze reclame-uitingen zouden diverse websites simpelweg niet kunnen bestaan.

Google wil met het aanpassen van zijn zoekalgoritme niet zozeer een einde maken aan deze situatie. Integendeel: het internetbedrijf probeert om het gebruikersgemak en surfplezier van internetters te vergroten. Volgens het bedrijf bevatten sommige pagina’s zoveel reclame-advertenties dat het lastig is om de oorspronkelijke content te vinden. Daar moet een einde aan komen. "In plaats van naar beneden te scrollen op de pagina, willen internetters de content onmiddellijk zien", aldus Google.

Bedrijven of particulieren die dermate veel reclame-uitingen op hun website plaatsen, zal Google deze websites niet langer opnemen in de zoekresultaten. Voor de website-eigenaar is het dus van groot belang om vooral niet te veel reclame op te nemen op zijn site: niet alleen wordt hij dan niet uitgesloten uit de zoekresultaten, het zal tevens impact hebben op zijn imkomsten. Meer adverteerders, dus meer inkomsten gaat niet langer op.

Wat precies ’te veel reclame-uitingen’ betekekent is onduidelijk. Evenmin is bekend of het schermgrootte ook van invloed zal zijn op de zoekresultaten. Als je bijvoorbeeld drie banners over een 27 inch monitor verdeelt zul je een ander beeld van de website krijgen dan op een netbook. Op deze manier zou Google ook door de mand kunnen vallen bij het aanbieden van reclameruimte bij zijn eigen zoekresultaten (zie onderstaande afbeelding). Precieze details hierover zijn niet bekend.

Google past zoekalgoritme aan

Te veel reclame of niet?
Bron:Webmonkey