Update 28-10-2024: In een reactie aan Techzine stelt een Microsoft-woordvoerder het volgende:
“De GitHub Copilot Chat-extensie gebruikt Proposed API’s, die deel uitmaken van Visual Studio Code’s langdurige proces voor het ontwikkelen en verfijnen van API’s. Deze API’s zijn niet exclusief voor Copilot en worden gebruikt om feedback te verzamelen van auteurs van extensies. Extensies die gebruikmaken van Proposed API’s zijn per geval toegestaan op de marktplaats om ervoor te zorgen dat ze worden bijgewerkt in combinatie met API-wijzigingen en om de impact op gebruikers te minimaliseren.”
Oorspronkelijk bericht (24-10-2024):
Visual Studio Code (VS Code) bevat API’s die alleen Microsoft mag gebruiken. Hierdoor wordt dochterbedrijf GitHub voorgetrokken tegenover alternatieven binnen de code editor. Zo blijkt opnieuw dat open-source een rekbaar begrip is.
VS Code zelf is niet open-source, Code-OSS wel. Laatstgenoemde vormt de basis voor het gratis VS Code-product, maar bevat niet volledig dezelfde code. Het is een opzet die doet denken aan het gewijzigde beleid van Red Hat omtrent RHEL (Red Hat Enterprise Linux), dat via CentOS Stream een beperkt gedeelte van de eigen Linux-distributie deelt.
VS Code is dus gratis, maar is via lucratieve opties op abonnementsbasis te combineren met GitHub Copilot Enterprise, de AI-codeerhulp van Microsoft die grotendeels draait op OpenAI-modellen.
Tip: Visual Studio Code 1.93 introduceert nieuwe GitHub Copilot-features
Voortrekkerij?
Niet voor de eerste keer ligt deze constructie onder vuur bij ontwikkelaars. Al langer klagen gebruikers over het feit dat zogeheten Proposed API’s enkel toegankelijk zijn voor een add-on zoals de GitHub Copilot Chat Extension. Microsoft omschrijft Proposed API’s als instabiel en verbiedt het gebruik ervan voor add-ons die de Visual Studio Marketplace betreden. Op deze manier is die markt dus niet daadwerkelijk een gelijke strijd tussen verschillende add-ons.
Dit wekt onbegrip bij developers die via een omweg buiten de Marketplace om een Proposed API kunnen gebruiken, maar dit vergt actie vanuit de gebruiker ervan. “Ik heb begrepen dat bepaalde extensies “gezegend” zijn op een manier die betekent dat ze voorgestelde API’s kunnen gebruiken, gepubliceerd kunnen worden op Marketplace en dat eindgebruikers geen extra stappen hoeven te nemen om ze te kunnen gebruiken”, vertelt een gebruiker aan een ontevreden ontwikkelaar.
Gelaagde dominantie
Over de specifieke privileges die Microsoft zichzelf verschaft, valt te twisten. Wel is duidelijk dat het bedrijf via overnames en integraties dominant is geworden als het om code editing gaat. Met name de integratie tussen GitHub, VS Code en de ingekochte OpenAI-technologie vormt een verenigd front waar niemand tegen op kan boksen.
Hoe kwalijk is dit? Als losstaande casus is dit alles niet zo gek. Maar niemand kan ontkennen dat Microsoft een neiging heeft om diensten te bundelen, koppelen en voor te trekken op manieren die door regelgevers (vooral Europese) in het verkeerde keelgat schieten. Denk bijvoorbeeld aan de Teams-saga, waarin de videobeldienst na veel getouwtrek losgetrokken werd van de rest van het Office-pakket.
Lees ook: Wanneer is de Microsoft-suite te groot?