1 min

De kosten van de invoering van de Omgevingswet vallen flink hoger uit dan verwacht. Onder meer door de ICT-problemen die het project met zich meebrengt.

Volgens Binnenlands Bestuur lopen de kosten voor de invoering van de Omgevingswet behoorlijk op. In plaats van een wetgevingstraject, zou de invoering nu meer een grootschalig ICT-project zijn geworden. Zo moeten de Nederlandse overheden flink meer geld betalen voor het uitfaseren van oude ICT-systemen en wetgevingstrajecten, 343 miljoen euro extra.

Andere extra kosten zijn 159 miljoen euro voor het implementeren van de wet, 332 miljoen voor het eerdere uitstel van de wet en 235 miljoen euro aan inflatiecorrectie. Hiermee komt de Omgevingswet niet uit op een geschat bedrag van 1,61 miljard euro, maar op 2,7 miljard euro.

Onderliggend ICT-systeem oorzaak

De nieuwe wet moet honderden bestaande wetten en algemene maatregelen van bestuur samenvatten, zodat burgers slechts bij één loket terecht kunnen voor vragen en vergunningen.

Het onderliggende ICT-systeem, het Digitaal Stelsel Omgevingswet, is echter zeer complex en moeilijk te realiseren. De invoering van de wet loopt hierdoor constant op dit punt vast. De overheden geven aan meer tijd nodig te hebben voor de implementatie van het complexe ICT-systeem.

Invoering in 2024

Naar het zich laat aanzien kan de Omgevingswet op 1 januari 2024 worden ingevoerd. Hierbij zouden bepaalde ICT-onderdelen gewoon kunnen worden gebruikt, ook als het hele onderliggende ICT-systeem nog niet klaar is.

Lees ook: Omgevingswet wederom uitgesteld door gebrekkige ICT-omgeving