7min

Met de opkomst van de cloud is er een nieuwe manier om oplossingen af te nemen. Op basis van de al dan niet tijdelijke vraag naar compute, storage en networking, oftewel infrastructuur. Infrastructuur die je vaak ook op basis van gebruik kan afrekenen in plaats van ze aan te schaffen. We kunnen wel stellen dat dit de markt heeft veranderd en bedrijven steeds meer verlangen naar die cloud flexibiliteit. De grote Amerikaanse public clouds zijn echter niet voor iedereen weggelegd, dus ontstaat de vraag, hoe realiseer je een cloud in je eigen datacenter?

Eerst nog even terug naar die definitie van cloud. Die lijkt namelijk soms per vendor, per organisatie of zelfs per persoon te verschillen. De opkomst van de public cloud heeft in eerste instantie de basis gelegd, daarna zijn er de nodige variaties gekomen. Nu lijken veel organisaties op het buzzword mee te willen liften.

Wat wij een mooie definitie van cloud vinden is die van NIST. Een model voor gemakkelijke, on-demand netwerktoegang tot een gedeelde pool van configureerbare computerbronnen (denk aan  netwerken, servers, opslag, applicaties en oplossingen) die snel kunnen worden verstrekt en vrijgegeven met minimale beheersinspanning of interactie met de dienstverlener. Uiteindelijk is cloud allang niet meer enkel infrastructuur, maar ook applicaties en oplossingen zoals backups en disaster recovery.

Het mooie aan het cloudmodel is dat je computerbronnen niet vastzitten aan een bepaald project. Iets wat vroeger min of meer de standaard was. Als er een nieuw project werd opgetuigd dan werden er specifiek servers aangeschaft voor dat project. Die mochten niet dan voor andere doeleinden worden gebruikt. Met het cloudmodel wordt alles op een hoop gegooid, de pool, en van daaruit worden bronnen beschikbaar gemaakt voor een project. Als het project is afgelopen of de VM’s die erbij horen tijdelijk niet draaien, gaan de bronnen terug naar de pool. Uiteindelijk veel efficiënter gebruik van de pool en het datacenter.

Lees ook: De toekomst is niet on-prem, edge of cloud, maar edge-to-cloud

Private cloud in datacenter

Steeds meer bedrijven moderniseren hun IT-omgevingen en applicatielandschap, waarbij de cloud eigenlijk altijd een rol speelt. Er wordt heel goed gekeken hoe infrastructuur efficiënter kan worden ingezet. Wat daarbij een grote rol speelt is de flexibiliteit om verschillende workloads te ondersteunen, maar ook toegang tot data eenvoudiger te maken. Daarbij kiezen de meeste organisaties voor een hybrid cloud model.

Ze zoeken een leverancier om een eigen private cloud te bouwen binnen hun eigen datacenter. Ze willen eenvoudig schaalbare servers die middels een portal of API eenvoudig zijn in te richten en op te bouwen. Deze vraag is veel grote hardwarefabrikanten niet ontgaan. Een goed voorbeeld hiervan is HPE, zij bieden met HPE Greenlake for Private Cloud Enterprise de mogelijkheid een dergelijke eigen cloud te bouwen in je datacenter. Daarnaast heeft de klant de keuze of het de hardware op basis van gebruik of middels eenmalige aanschaf afrekent. HPE koos voorheen om enkel op basis van gebruik af te rekenen, maar is daar op teruggekomen. Sommige organisaties houden vooralsnog vast aan het CAPEX-model. De meeste organisaties kiezen echter voor het OPEX-model, met afrekenen op basis van gebruik.

Uniformiteit met HPE GreenLake Private Cloud Enterprise

Met HPE GreenLake for Private Cloud Enterprise krijgt de klant een cloudportal voor zijn eigen private cloud. Dit kan via een web GUI of via een API. Net als in de public cloud kan een beheerder hier gebruikers aanmaken met verschillende rollen, rechten en diensten.

Zo kan het ene team op de infrastructuur zijn VM’s laten landen terwijl een meer modern team op dezelfde hardware bezig is met Kubernetes en containers en de databasebeheerders een Oracle database op een bare metal server draaien. Allemaal op dezelfde hardware en vanuit dezelfde portal te realiseren.

De HPE GreenLake Private Cloud Enterprise bestaat uit verschillende nodes die allemaal met elkaar in verbinding staan om één grote pool aan hardware te vormen die gebruikt kan worden voor verschillende doeleinden. Om die hardware goed te laten samenwerken heeft HPE wel gekozen voor meer uniformiteit. Als je losse HPE-server koopt kan je kiezen uit een enorme hoeveelheid configuraties, voor HPE Private Cloud Enterprise is gekozen om de nodes wat meer te standaardiseren. De nodes moeten goed kunnen samenwerken, ook moet duidelijk zijn wat voor soort prestaties per node verwacht kunnen worden om de workloads effectief te verdelen. Daarnaast moet ondersteuning en eventueel vervanging van nodes bij storingen snel kunnen gebeuren, met meer gestandaardiseerde configuraties is dat eenvoudiger. Ook kunnen partners van HPE dan meer voorraad houden van dergelijke nodes.

De klant hoeft zich echter niet bezig te houden met die configuraties. De klant houdt zich bezig met zijn workloads en HPE stemt vervolgens de hardware voor de HPE Private Cloud Enterprise af op de behoefte van de klant. HPE levert wat de klant nodig heeft en een beetje meer  voor de piekmomenten, maar het is aan de fabrikant om dit zo efficiënt mogelijk te doen. HPE zorgt dus voor een passende omgeving bij de klant, waar binnen ook nog ruimte is om op te schalen. Uiteraard zitten hier wel limieten aan, als een klant fors wil opschalen, bijvoorbeeld vanwege een overname, dan zal de klant dit moeten melden om tijdig meer nodes toe te voegen.

De cloud naar de applicaties in plaats van de applicaties naar de cloud

De meeste organisaties kiezen voor uiteenlopende redenen voor een hybrid cloud. De voornaamste redenen zijn kosten, legacy workloads, regelgeving en bedrijfsgevoelige informatie. Dit terwijl hyperscalers proberen om organisaties zover te krijgen dat ze alle applicaties en infrastructuur naar de public cloud brengen. Alles in AWS of alles in Azure. Het cloudmodel klinkt veel aantrekkelijker voor veel beslissers, maar wat als je de cloud naar je on-premise applicaties kan brengen? Dat was voorheen lastig, maar is nu met de HPE Private Cloud Enterprise veel eenvoudiger geworden. Je kan nu de cloudervaring, de hele abstractielaag en zelfs het afrekenmodel naar een eigen datacenter brengen.

Een ander groot voordeel van een eigen private cloud is dat je veel legacy applicaties toch kan moderniseren. Veel legacy applicaties kan je niet zomaar naar de cloud brengen, omdat de technologie simpelweg ongeschikt is voor de cloud of omdat er andere applicaties of databases meer verbonden zijn die bij elkaar moeten blijven. De meeste legacy applicaties kan je wel op een private cloud laten landen. Dit levert vaak meer overzicht en inzicht op in deze legacy applicaties. Ook bieden private cloud-oplossingen de nodige extra security features, denk bijvoorbeeld aan zero-trust, waardoor je legacy applicaties ook beter kan beschermen.

Niet concurreren maar verbinden met de public cloud

Mogelijk zie je een private cloud-oplossing nu als een concurrent voor de public cloud. Dat is het echter niet, beide kunnen elkaar namelijk perfect aanvullen. Daarom zie je dat veel private cloud oplossingen verbinding zoeken met de public cloud. Hoe beter het geheel kan samenwerken hoe effectiever de oplossingen zijn.

Zo is het voor veel organisaties cruciaal om een tweede locatie achter de hand te houden voor mission critical workloads. Voorheen betekende dit dat de meeste organisaties een tweede datacenter achter de hand hielden. Door connectie te leggen met de public cloud is dat niet langer nodig. Het is namelijk veel goedkoper om je disaster recovery omgeving in de public cloud te plaatsen. Op het moment dat de private cloud onbereikbaar is en het noodscenario wordt geactiveerd, pas dan worden alle workloads opgestart in de public cloud, tot die tijd hoeven ze enkel klaar te staan. Aangezien je in de public cloud enkel voor het verbruik betaald, hoeft men enkel voor de opslagruimte te betalen die nodig is om alles stand-by te houden. Zodra alle workloads zijn opgestart in de public cloud gaan de kosten uiteraard wel fors omhoog. Echter is als het goed is tijdelijk, enkele minuten, uren of in het ergste geval dagen. Dat is altijd goedkoper dan een compleet datacenter het hele jaar stand-by hebben staan.

Bij HPE verwachten ze dat naast de drie grote public cloud spelers (AWS, Azure, Google) er nog veel meer gaan komen. Bij HPE willen ze met zoveel mogelijk van deze clouds verbinden zodat de klant eenvoudig oplossingen en diensten kan combineren. Daarom kan het bijvoorbeeld ook al verbinden met de Oracle en SAP cloud.

HPE Greenlake Central wordt de centrale portal

Om de private cloud zo goed mogelijk te beheren en beschikbaar te maken heb je een goede portal nodig. HPE heeft de afgelopen jaren veel bestaande oplossingen omgebouwd naar een as-a-service model, zodat het alles als een dienst kan leveren. De bedoeling is dat al die diensten straks te beheren zijn vanuit Greenlake Central. Op dit moment hebben sommige oplossingen nog hun eigen portal. Vanuit Greenlake Central kan je straks alle HPE-oplossingen beheren, in de private en de public cloud. De portal is overigens in de public cloud te bereiken, maar ook on-premise in de private cloud voor klanten die geen public cloudportal willen.

Tot slot kan de private cloud kan voor klanten met hele strenge eisen, bijvoorbeeld vanwege wet- en regelgeving, volledig worden afgesloten van de buitenwereld. Overheden en financiële instellingen hebben in veel landen te maken met strengere regelgeving. Voor dit soort organisaties is de portal dus binnen de private cloud toegankelijk. Voor monitoring, onderhoud en updates heeft HPE een oplossing ontwikkeld, zodat dit toch kan plaatsvinden.

Alles naar de cloud?

De trend dat alles maar naar de cloud moet ligt duidelijk achter ons. De nieuwe trend is de hybrid cloud, de basis in je eigen datacenter en enkele moderne applicaties of uitwijkmogelijkheden naar de cloud. Met de HPE GreenLake Private Cloud Enterprise kan je een goede basis leggen om je hybrid cloud strategie vorm te geven. Mocht je in een organisaties werken waar het management zich laat leiden door buzzwords en trends en nog steeds roept dat alles naar de cloud moet, is er nu een passend antwoord; Laten we de cloud naar onze applicaties halen, in ons eigen datacenter.