5min

Het op Curaçao gevestigde datacenter Blue NAP Americas durft groots te dromen. Het wil verder uitgroeien tot een digitale hub voor het Caribisch deel van het Koninkrijk der Nederlanden en ver daarbuiten. We gaan in gesprek met CEO Giovanni King over wat het datacenter te bieden heeft en hoe de ambities gerealiseerd moeten worden.

King is voor een werkbezoek in Nederland, wat voor ons een goede gelegenheid is voor een kennismaking met zijn bedrijf. De link van Blue NAP Americas met Nederland is enerzijds dat het is aangesloten bij de Dutch Data Center Association. De brancheorganisatie brengt bepalende Nederlandse datacenters samen, om samenwerking te bevorderen en een vinger in de pap te hebben rond regelgeving en beleidskwesties.

Voor Blue NAP Americas is het met name het samenwerkingsstuk een interessante optie. King ziet namelijk dat datacenters die in het vasteland van Nederland gevestigd zijn, tegen beperkingen aanlopen. Zij maken enorme groei door, maar om die groei te kunnen blijven faciliteren is extra ruimte in het datacenter nodig. Bijbouwen kan wel, maar daar zijn momenteel strenge eisen voor om überhaupt een vergunning te krijgen.

King noemt dit een kans voor Blue NAP Americas, dat voorlopig voldoende capaciteit heeft om op te kunnen schalen. Als alternatief voor een lang uitbreidingsproces kunnen ze kiezen voor het uitwijken naar het datacenter van Blue NAP Americas. Met name voor cold data storage is dit een interessante optie. Deze data wordt immers niet vaak geraadpleegd. Daardoor komen er minder latency-eisen bij dit type data kijken, iets wat wel erg belangrijk is voor het voldoen aan data op Nederlandse bodem.

Tier-IV datacenter

Moderne gevel van een gebouw met een cilindervormig element met horizontale strepen en een helderblauwe deur.

Blue NAP Americas beschikt volgens King over de juiste technologie en waarborgen om aan de eisen van het Nederlandse vasteland te voldoen. De datacenteroperator heeft daarmee een troef om in Nederland het klantbestand uit te bouwen. Het kan aantonen dat het over een Tier-IV datacenter beschikt, wat inhoudt dat het hoogste niveau aan prestaties gerealiseerd wordt. Zo’n datacenter is zeer redundant en kan cijfers voorleggen die in de buurt komen van 100 procent uptime. Blue NAP Americas heeft hiervoor een 2N+1-configuratie voor kritieke resources, oftewel tweemaal de benodigde capaciteit voor de operaties plus een back-up als extra optie. Op basis daarvan stelt King met zijn bedrijf de beoogde 100 procent uptime te garanderen voor alle kritieke resources. “De rekenkracht is daar, we hebben opslagruimte en alle faciliteiten die nodig zijn voor een Tier-IV datacenter”, legt King uit.

Sommige bedrijven zouden deze technische mogelijkheden meer dan interessant vinden, maar maken zich vervolgens zorgen over dataprivacy. Kan data die terechtkomt in Curaçao wel voldoen aan de strenge eisen die we hier stellen? King begrijpt die redenatie, alleen wijst er dan op dat Blue NAP Americas onder het Koninkrijk der Nederlanden valt. Dat wil zeggen, het datacenter moet en wil ook voldoen aan de eisen die Nederlandse en Europese regels voorschrijven. De GDPR moet gevolgd worden, terwijl eind dit jaar ook de NIS2 belangrijker wordt. Bovendien, zo merkt hij op, is het ISO 27001-certificaat van Blue NAP Americas recent nog geüpdatet. Zo laat het datacenter zien dat het voldoet aan de internationale standaarden voor security.

Technisch is het verder nog belangrijk dat het datacenter voor een internationale hub kan beschikken over een goed onderzees kabelnetwerk. Nu maakt Blue NAP Americas vooral gebruik van een kabelverbinding die loopt naar andere eilanden in het Caribisch gebied, de staat Florida in de Verenigde Staten, verschillende landen in Midden-Amerika en een aantal landen in het noordelijke gedeelte van Zuid-Amerika. De verbinding met Florida is vooral handig om de connectie met Europa en Nederland te maken. Vanuit daar kan weer aanspraak gemaakt worden op andere kabelsystemen die verdere connectie ondersteunen.

Steun van overheid

In dit hele Tier-IV datacenter zit inmiddels jaren ontwikkelwerk. Het bedrijf is in 2016 opgericht en bouwt sindsdien gestaag door. King kwam in november 2022 aan het roer. Toen kreeg hij de opdracht van de regering van Curaçao om het datacenter te gaan positioneren als digitale hub voor het Carabisch gebied. De overheid kon deze opdracht geven omdat het een belang heeft in de datacenteraanbieder. “En zelfs, omdat we heel ambitieus willen zijn, moeten we een brug bouwen tussen Europa, Zuid-Amerika en Noord-Amerika”, licht King toe.

Het hele idee hierachter van de overheid en Blue NAP Americas is om de IT-sector verder uit te bouwen. Op termijn heeft men voor ogen dat de wereld meer bij het eiland aan kan kloppen voor IT-kennis en applicaties. Dat is op zich vrij ambitieus, want nu denken veel Nederlanders nog aan toerisme in combinatie met Curaçao. Toerisme vertegenwoordigt ook veruit het grootste deel van het bruto binnenlands product, maar volgens King heeft IT de potentie om uit te groeien tot een stevige economische pilaar van het eiland. Bovendien zijn voor de andere economische activiteiten, of dat nou het toerisme of de financiële dienstverlening is, een goede IT-sector cruciaal.

Een technicus inspecteert het vloerpaneel in een gangpad van een datacenter tussen serverrekken.

Wat voor het uitbouwen van de IT-sector nog nodig is, is het behouden en aantrekken van talent. King geeft aan dat Curaçao en Blue NAP Americas momenteel echt al over kennis beschikken, maar het blijft cruciaal om geschoold personeel te blijven werven. In het verleden verhuisden bijvoorbeeld jongeren vanuit het Caribisch gebied die een opleiding en carrière in IT ambieerden naar Nederland voor de hogescholen en universiteiten. Nu zet men ook meer in op het opleiden in de regio, om gekwalificeerd personeel te kunnen behouden. Hiervoor zijn inmiddels trajecten opgezet om tientallen studenten per jaar op te leiden.

De internationale digitale hub Curaçao

Aan ambitie ontbreekt het niet bij Blue NAP Americas, merken we tijdens ons gesprek met King. Ook de koppeling met Zuid-Amerika en verder landinwaarts ziet hij als een kans om zijn datacenter verder te laten groeien. Daarom heeft de Blue NAP Americas eind vorig jaar ook een samenwerking gesloten met sectorgenoot Datasur uit Suriname. Hieruit is de Caribbean Datacenter Association (CDA) komen rollen. Het doel is om datacenterexploitanten in het Caribisch gebied beter te laten samenwerken, door kennis uit te wisselen en evenementen te organiseren voor verdere stimulering. Bedrijven moeten uiteindelijk makkelijker toegang krijgen tot het voor hen juiste datacenter. Nieuwe leden zijn dan ook meer dan welkom.

Het CDA schaart zich naast goede datacenters ook achter een duurzaam karakter van datacenters. Als niet aan duurzaamheid gedacht wordt bij het inrichten van een datacenter, kan een datacenter flinke impact hebben op het milieu. Met name in het Caribisch gebied is klimaatverandering goed zichtbaar, voegt King hieraan toe. Daarom volgt Blue NAP Americas een strategie waarbij het nagenoeg uitsluitend op hernieuwbare energie vertrouwt. Dat is in de optiek van King de allerbeste manier om als datacenterbedrijf bij te dragen aan duurzaamheid.

Al met al maakt ons gesprek met King over Blue NAP Americas ons duidelijk dat een datacenter in Curaçao kan voldoen aan de technische eisen die we hier in Nederland stellen. Het kan zelfs een interessante optie zijn om de data van bedrijven die zich op het vasteland van Nederland bevinden onder te brengen op Curaçao. Wel spelen voor een ambitieus datacenter uit het Caribisch gebied uitdagingen rond samenwerken. Dat is cruciaal om zichzelf op de kaart te zetten. Gezien het tempo waarop King samenwerkingsverbanden afsluit, lijkt dan in ieder geval wel snor te zitten.

Tip: Datacenters spelen een cruciale rol in duurzaamheidstransitie