Oracle wil zichzelf de system of record voor AI maken

Insight: Agentic AI

Oracle wil zichzelf de system of record voor AI maken

Tijdens AI World eerder deze maand regende het AI-aankondigingen bij Oracle. Dat viel te verwachten, want de hyperscaler richt zich op alles van de onderliggende hardware tot de applicatielaag. Het slaat hard op de trommel van de eigen uitbouw van AI-infrastructuur. Daarnaast positioneert het zichzelf als het system of record voor AI bij uitstek.

Oracle hoopt klanten dus zeker een denkrichting mee te geven, maar de keuzevrijheid is alsnog een prioriteit. Multicloud Universal Credits zijn hier het beste voorbeeld van. Een nieuwe licentieoptie maakt het mogelijk om Oracle AI Database- en Oracle Cloud Infrastructure-diensten af te nemen op andere clouds. Zo kunnen klanten dynamisch kiezen tussen Oracle Database@AWS, @Azure, @Google Cloud en op OCI zelf. Het is een positieve en logische volgende stap voor Oracle nadat het vorig jaar al bij de AI World-voorganger CloudWorld de strijdbijl begroef met oude rivaal AWS. Een consistente ervaring met Oracle’s producten maakt ze aantrekkelijker om te behouden of om naar over te stappen. Er zou immers zo min mogelijk frictie moeten bestaan voor klanten die een cloudmigratie overwegen. Wie geïnteresseerd is, kan early access aanvragen.

De AI-uitbouw

Vanzelfsprekend is de favoriete klant van Oracle één die zich volledig onderdompelt in OCI, Oracle AI Database en Fusion-applicaties. Oracle zal je zelf vertellen dat ze die keuzevrijheid verschaffen in het belang van de klant, en dat voordeel is er zeker, maar de hoop is natuurlijk dat je de voordelen van het ecosysteem ziet. Bedrijven wereldwijd vertrouwen Oracle al bergen data toe en ordenen ze in haar database van weleer, nu voorzien van de nieuwste update in de vorm van AI Database 26ai. Zoals we eerder schreven is dit een drop-in vervanging van 23ai. Het is volgens Oracle “AI-native” geworden met ondersteuning voor agents, Apache Iceberg-dataformaten en sterkere integraties voor onder meer Databricks en Snowflake.

Het softwareverhaal is er één, waar we later nog verder induiken. Maar Oracle Cloud Infrastructure geldt als het AI-motorblok voor onder meer OpenAI tegenwoordig. De peperdure AI-chips vormen een groot deel van het naar schatting 500 miljard dollar kostende datacenters vanuit het project Stargate. Oracle tracht samen met OpenAI en SoftBank over geheel Noord-Amerika AI-locaties uit te bouwen; de Abilene-site in Texas spant de kroon met 1,4 voorspelde gigawatt aan capaciteit. Voor Europese organisaties is er ook goed nieuws, zij het met minder verbluffende cijfers: zo’n 1 miljard dollar wordt bijvoorbeeld in Nederland gestopt en 2 miljard in Duitsland.

Meer dan de neoclouds

Bij dergelijke ‘exascale’ AI is de bottleneck niet de chip meer, stelt Oracle. Daarom richt het zich op het netwerk met de nieuw aangekondigde Acceleron. Dit is een combinatie van oplossingen, van SmartNIC’s tot softwarematige verbeteringen. Het toverwoord van Acceleron is ‘disintermediation’, ofwel het verkleinen van het aantal stappen (hops) dat netwerkverkeer moet maken. Dit verkeer is daarnaast veiliger dan ooit dankzij Zero Trust Packet Routing (ZPR), dat least-privilege toegang garandeert onafhankelijk van de precieze netwerktopologie. Met andere woorden: je kunt je netwerk uitbouwen zoals je wilt, de data blijft veilig. Acceleron belooft onder de streep een drie keer zo snelle IOPS te leveren voor toegang tot opslag en een verdubbelde snelheid voor packet-verwerking. Daarnaast zou het goedkoper zijn dan concurrerende oplossingen.

Oracle liet zich desgevraagd door Techzine ook uit over zogeheten ‘neoclouds’. Denk hierbij aan CoreWeave of Nebius, leveranciers van AI-infrastructuur in de vorm van bergen aan GPU’s. Veel meer doen ze niet; vandaar dat we ons afvroegen wat Oracle eigenlijk vindt van deze aanstormende spelers. CoreWeave is per slot van rekening een kersverse concurrent van Oracle. Wegens de niet te stillen honger voor AI-rekencapaciteit hebben dergelijke neoclouds flink de wind mee. Toch horen we vanuit Oracle dat ze “een lastige business case” hebben voor op de langere termijn. Ze bieden immers gewoonweg een heleboel chips van een ander aan, zonder dat daar een softwareverhaal omheen zit of een andere differentiator. Oracle biedt dat wel, zoals een breed pakket aan applicaties die alle AI-infrastructuur kunnen omzetten naar AI-applicaties, waar het uiteindelijk om draait.

Agents domineren

De interoperabiliteit van Oracle’s systemen maakt ze geschikt als een fundament voor AI-adoptie. AI Database 26ai en de Autonomous AI Lakehouse zijn hiervoor, los van OCI, een aantrekkelijke combinatie. Met het nieuwe AI Data Platform verpakt het dit tot een vereenvoudigde ervaring “van rauwe data tot productiegraad AI”. Dankzij een samenwerking met Nvidia en out-of-the-box support voor agents met Agent2Agent en het Model Context Protocol voldoet het aan de conventies die inmiddels in het GenAI-landschap zijn gevormd.

Ook de AI-agents en -systemen hoeven niet van Oracle-huize af te stammen, maar dat is zeker een optie. Binnen Oracle’s eigen softwaresuite aan Fusion-applicaties regeert Ask Oracle, een universele assistent die feitelijk als alternatief voor dashboardnavigatie geldt. Net als we eerder zagen bij NetSuite is Ask Oracle bedoeld om het klikken naar relevante data overbodig te maken. Dat niet alleen: het moet complexe vragen beantwoorden door middel van criteria die je niet expliciet hoeft te kennen. Als je moet weten welke kosten te declareren zijn volgens bedrijfsbeleid, kun je dat simpelweg vragen aan Ask Oracle. Het moet met de knowledge base en andere data in Fusion-apps de juiste informatie aanleveren. De adviezen verschijnen zelfs tijdens het typen dankzij ’typeahead search’.

Binnen Fusion-apps biedt Oracle verschillende agents aan die gewoonlijke taken automatiseren. Denk hierbij aan inkoopafdelingen die producten kunnen vergelijken met de voorspelbaar genaamde Product Comparison Advisor Agent of managementteams die bij een enkele order een uitzondering vereisen via de Order Exception Assistant Agent. Het is duidelijk: er is al een wildgroei aan agentic workflows voor praktisch alle taken in Oracle-applicaties. Waar een agent ontbreekt, is er een te bouwen met de AI Agent Studio for Fusion Applications. En mocht er een externe agent nodig zijn, dan zorgt MCP- en A2A-support ervoor dat dit op een gestandaardiseerde manier te verbinden is.

Conclusie: één geheel wordt modulair

Oracle kent volgens analisten een “voordeel in het geld verdienen met de AI-platformverschuiving dankzij haar verticale integratie van infrastructuur, database en apps.” Dat is zonder meer het geval. Maar het belangrijkste detail hieraan is dat Oracle altijd beschikbaar is om je iets te verkopen, of je nu op OCI zit, een Oracle-database gebruikt of Fusion-apps gebruikt. Het bedrijf maakt het zo eenvoudig mogelijk om Oracle waar dan ook te adopteren, zodat het altijd beschikbaar kan zijn.

Die verticale integratie zou steviger kunnen zijn. Oracle had een stuk spaarzamer kunnen zijn met externe spelers. Dan had het echter zichzelf een minder geschikte plek gemaakt om te gelden als vertrekplek voor AI. “Oracle-databases zijn bij uitstek het system of record”, horen we van het bedrijf. Dat vertrouwen wil het duidelijk niet verkwanselen. Immers zou de AI-adoptie een dermate grote aardverschuiving kunnen zijn dat je er pijnlijke migraties voor over hebt. Dan kies je voor IT-spelers die integreren en geen lock-in geven. En, toegegeven, emigreren van Oracle kan pijnlijk zijn, dus bestaande klanten zullen vrij gemotiveerd zijn te blijven. Het lijkt erop dat het bedrijf anno 2025 er alles aan doet om dat zo aantrekkelijk mogelijk te maken.

Lees ook: Oracle gebruikt zo min mogelijk AI voor het maximale effect