2min

De Europese Unie voert de druk op Facebook, Twitter en Google+ verder op als het aankomt op het wijzigen van hun gebruiksvoorwaarden. De internetgiganten moeten wat de EU betreft zo snel mogelijk de voorwaarden beter te begrijpen maken en hun regels op sommige terreinen aanpassen.

Afgelopen juni kregen de drie sociale media een brief van de EU en diverse consumentenorganisaties. Daarin werd hen verzocht uiterlijk op 20 juli met specifieke voorstellen te komen om hun gebruiksvoorwaarden aan te passen. Die zouden niet alleen makkelijker te begrijpen moeten zijn, maar ook gunstiger gemaakt moeten worden voor de consument. Mochten er geen aanpassingen gemaakt worden, volgen er boetes.

Bronnen van persbureau Reuters stellen dat twee van de bedrijven met specifieke voorstellen gekomen zijn. Eén niet nader benoemd bedrijf zou gevraagd hebben om uitstel. Om welk bedrijf het gaat wilden de bronnen van het persbureau niet vertellen. Duidelijk is wel dat er nog werk aan de winkel is. Problematisch is volgens de EU en de consumentenorganisaties de manier waarop de sociale media aansprakelijkheid voor content op hun netwerken afwimpelen op de consument en dat ze zeer eenzijdige voorwaarden stellen. Zo kunnen alledrie de sociale media content verwijderen zonder de consument daarover in te lichten.

Afgezien daarvan zijn de EU en de consumentenorganisaties niet blij met het feit dat de drie bedrijven consumenten enkel protest aan laten tekenen in Californië. Dat ontmoedigt consumenten natuurlijk om in beroep te gaan tegen beslissingen. Ook wil de EU dat de bedrijven meer openheid van zaken geven over de interne deadlines die gehanteerd worden bij het verwerken van verwijderverzoeken. Ook zou er wat de EU betreft een procedure moeten worden ingericht, waarbij consumenten bericht krijgen als hun content verwijderd wordt. Of al die zaken meegenomen zijn in de voorstellen van de drie sociale media, is niet zeker.

Toen Reuters om een reactie vroeg, weigerden Twitter en Google direct daarmee te komen. Enkel Facebook reageerde en liet weten dat het gelooft dat zijn voorwaarden gewoon overeenkomen met EU-regelgeving. Het erkent tegelijk wel dat zijn voorwaarden in makkelijkere taal opgesteld kunnen worden en wil ze begrijpelijker maken.