2min

Tags in dit artikel

, ,

AWS reageert op de kritiek die het over zich heen kreeg aangaande het onrechtmatig profiteren van technologie van open-sourcebedrijven. Andi Gutmans, vicepresident van AWS analytics en ElastiCache, diende het artikel dat maandag in de New York Times verscheen van repliek.

Het artikel omschreef dat de cloud computing-reus profiteerde van de integratie van open-sourcesoftware die door andere bedrijven is ontwikkeld. Onder meer het Nederlandse Elastic, dat de open-source Elasticsearch-zoekmachine ontwikkelde, zag zijn groei stagneren toen AWS in 2015 een concurrerende, maar betaalde dienst op basis van dezelfde (open-source) software lanceerde.

Elastic reageerde daarop door (betaalde) premium features bovenop zijn product aan te bieden, maar AWS zou een aantal van die features hebben gekopieerd en zonder extra kosten beschikbaar hebben gemaakt. Elastic klaagt Amazon dus nu aan voor het schenden van zijn handelsmerk, omdat de gigant zijn eigen product “AWS Elasticsearch” noemt.

Gutmans stelt echter dat Amazon niet open-source software gebruikt om te profiteren van de arbeid van anderen, maar dat dit voortkomt uit het doel om klanten te geven wat ze willen. Gutmans wees er verder op dat het hele idee van open-source software is dat die projecten door anderen kunnen worden aangepast en verbeterd. Hij wijst er ook op dat AWS zelf een belangrijke bijdrage levert aan enkele van de grootste open-sourcesoftwareprojecten die er zijn.

Gemengde reacties

De reacties op het artikel van de New York Times en op de verdediging van Amazon zijn gemengd, schrijft Silicon Angle. Aan de ene kant zijn er mensen die Amazon verdedigen, met het argument dat wat Amazon met open-source doet, niet verschilt van bijvoorbeeld supermarkten die een huismerk-versie van bepaalde producten aanbieden. Aan de andere kant zijn er mensen die stellen dat kritiek op AWS gerechtvaardigd is. In dat geval wordt het argument gebruikt dat Amazon al jaren open-source software gebruikt als “loss leader” voor zijn infrastructuur-aanbod. Dat betekent min of meer het aanbieden van open-source software tegen verlies, om zo klanten te paaien voor andere diensten.