5min

Software ontwikkelen is niet meer uitsluitend weggelegd voor een selecte groep IT’ers. Dankzij lowcode en nocode kunnen ook gebruikers zonder programmeerkennis applicaties bouwen. Dat is gunstig, want zo kunnen organisaties voldoen aan de grote vraag naar apps en het tekort aan IT’ers aanpakken. In de praktijk blijkt het aantal mensen dat lowcode daadwerkelijk inzet echter veel kleiner dan de potentiële groep lowcode-ontwikkelaars, toont het ‘Low-Code Forecasts 2021’-onderzoek van Mendix aan.

We hebben hier op Techzine regelmatig geschreven over lowcode. Grote ondernemingen zien in deze techniek namelijk een meerwaarde. Lowcode maakt het mogelijk om snel apps te ontwikkelen. Software bouwen verloopt veel meer visueel, bijvoorbeeld middels een drag-and-dropinterface, waardoor er minder code geschreven hoeft te worden. Lowcode is daarmee ook geschikter voor een bredere groep, want de drempel van programmeerkennis wordt weggenomen. Zeker aangezien ontwikkelaars niet aan te slepen zijn, is lowcode een aantrekkelijke keuze voor organisaties.

Ook softwareleveranciers zien de potentie. Zo zijn er leveranciers van lowcode-platformen die flink groeien. Dergelijke platformen richten zich naast professionele ontwikkelaars ook op werknemers met veel minder technische kennis. Daarnaast zijn er grote techbedrijven die lowcode-tooling binnen hun SaaS-oplossingen aanbieden. Deze tools maken het mogelijk om apps en functies toe te voegen aan de SaaS-diensten.

Potentiële lowcode-gebruikers

Voor verschillende bedrijven is inmiddels duidelijk dat lowcode erg nuttig kan zijn. Toch staat de technologie pas in de kinderschoenen, als je je bedenkt hoe groot de community kan zijn. Mendix liet namelijk onderzoek uitvoeren om te kijken hoe groot de groep die potentieel software kan bouwen is. Wat blijkt: onder de 4,5 miljoen fulltime werknemers in Nederland bevinden zich 1,8 miljoen potentiële lowcode-gebruikers. Dit deel van de beroepsbevolking komt overeen met percentages uit de onderzochte landen Duitsland, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten.

Onder de 4,5 miljoen fulltime werknemers in Nederland bevinden zich 1,8 miljoen potentiële lowcode-gebruikers

“Het is een theoretisch potentieel. Ik geloof niet dat er daadwerkelijk 1,8 miljoen lowcoders bij zullen komen. Maar het geeft wel aan dat er een enorm reservoir is aan mensen die bereid zijn om te investeren en opleiding te krijgen in digitalisering om de slag te maken in de organisatie”, laat Hans de Visser, Vice President Product Management bij Mendix, weten in gesprek met Techzine. Interessant is dat de groep potentiële lowcode-gebruikers mede zo groot is doordat het onderzoek uitlegt wat je met de techniek kan doen en bereiken. Niet iedere deelnemer wist direct veel over lowcode, maar vindt het na uitleg wel een interessante werkwijze.

Dat er zo’n grote groep potentiële lowcoders is, wil niet zeggen dat iedereen op dezelfde manier het platform zal gebruiken. Zo zijn er citizen developers, oftewel personen die doorgaans fulltime buiten de IT-afdeling werken (denk aan HR of Marketing). Zij gebruiken vaak specialistische SaaS-tools om hun productiviteit te ondersteunen. Met lowcode zal de citizen developer vaak simpele apps en functionaliteiten bouwen om de SaaS-tools uit te breiden en de productiviteit te bevorderen. Maar er zijn ook potentiële lowcoders die een prototype van een app ontwikkelen, om de professionele zaken vervolgens over te laten aan het development team. Of het development team zelf dat volledig op een lowcode-platform vertrouwt, zodat binnen enkele weken een project gestart en afgerond wordt.

Lees ook ons bericht met wat extra cijfers uit het onderzoek.

Bereidheid groeit

Nu er veel Nederlanders interesse hebben in lowcode, lijkt het dan ook een kwestie van doorpakken. Als je bekijkt hoe bereidwillig medewerkers hiertoe zijn, kan het doorpakken op papier ook gebeuren. Volgens Mendix is het merendeel van de werknemers (77 procent) bereid om nieuwe digitale vaardigheden te leren. “Als je relevant wil blijven voor je werkgever, moet je digitale skills ontwikkelen. Dat varieert van hele simpele tools gebruiken, tot aan gespecialiseerde software”, legt De Visser uit. Mendix ziet dan ook dat veel werknemers daadwerkelijk actief bij willen dragen aan development.

Zoals gezegd kan lowcode helpen bij het ontwikkelen van software, maar ook kennis over bedrijfsprocessen met IT-teams delen draagt bij. Op die manier ontstaat er een soort multidisciplinair team voor digitale oplossingen, met als doel een beter eindresultaat te realiseren. Samenwerking is hierbij cruciaal, maar dat kan volgens het Mendix-onderzoek nog wel beter. Zo geeft bijna zes op de tien IT’ers aan de samenwerking met de business als collaboratief te ervaren, terwijl andersom die perceptie bij 37 procent leeft. Het beeld over samenwerking is dus wat anders dan hoe het in de praktijk uitpakt.

Hans de Visser, Vice President Product Management bij Mendix

Desalniettemin neemt de kennis en het bewustzijn over digitale strategieën toe, vult De Visser aan. Steeds meer medewerkers zijn namelijk betrokken bij digitaliseringsstappen. Dit valt terug te zien in het gebruik van het Mendix-platform, dat door meer verschillende medewerkers binnen organisaties gebruikt wordt dan vier jaar geleden. Er lijkt een drempel te verdwijnen: het is niet meer zo nieuw dat er eerst flink geëvalueerd moet worden of het wel een nuttig investering is. De interesse groeit, van IT-leiders en ontwikkelaars tot aan HR-professionals en marketeers.

Hoewel de interesse op verschillende vlakken groeit, blijft het daadwerkelijk overgaan tot actie soms nog wel liggen. In werkelijkheid blijkt namelijk slechts zes procent van de Nederlandse werknemers actief bezig met nieuwe digitale vaardigheden leren. De hoofdoorzaken hiervan zijn tevredenheid over het huidige vaardigheidsniveau en tijdgebrek.

Kansen niet laten liggen

Met de onderzoeksresultaten is het echter verstandig om de kansen die er liggen te benutten. Bij de presentatie van het onderzoek benadrukt Mendix dit extra door autoriteiten aan te halen. Onderzoeksbureau Gartner geeft bijvoorbeeld aan dat de pool van ontwikkelaarstalent uitgebreid moet worden om het tempo van digitalisering bij te houden. IT-afdelingen krijgen namelijk vijf keer zoveel verzoeken voor applicaties dan ze kunnen leveren. Met lowcode kan dit wel deels aangepakt worden: werknemers die nu een app willen ontwikkelen gaan in 30 procent van de gevallen naar de IT-afdeling, terwijl een kwart van de ondervraagden stelt na persoonlijke training aan de slag te kunnen. Het biedt werkgevers de kans om 55 procent van hun werknemers actief te betrekken bij het ontwikkelen van vaardigheden.

Daarnaast haalt Mendix ook cijfers van werknemersinstituut UWV aan. Deze cijfers bevestigen het tekort aan IT-personeel. In 2020 werd IT wederom benoemd als sector met de meest kansrijke beroepen. Naast kansen voor BI-specialisten en security-professionals, is er ook veel vraag naar softwareontwikkelaars.

Wat De Visser betreft spreken de cijfers uiteindelijk voor zich en kunnen bedrijven het best gewoon beginnen met lowcode. “Het is zeer laagdrempelig. Alle platformen bieden een soort proefversie voor individuen en soms voor de organisatie”, raadt De Visser aan. Daarmee kunnen werknemers proberen of lowcode wat voor hen is en mogelijk uitgroeien tot een blijvende lowcode-gebruiker. Want hoewel de bereidwilligheid er blijkt te zijn, wordt de groep die het tekort aan IT’ers aan kan pakken nog niet volledig benut.

Tip: Mendix ziet low-code als taal om te innoveren met trends