De Teams-EU-saga laat zien: autoriteiten krijgen zelden vat op big tech

De Teams-EU-saga laat zien: autoriteiten krijgen zelden vat op big tech

In 2020 trok Slack aan de bel: Teams zou op onsportieve wijze binnen Office 365 aangeboden worden door Microsoft. Daardoor zouden andere vergaderplatforms niet eerlijk kunnen concurreren met het product van de techreus. De EU is bezig met een onderzoek, maar zoals vaak lijkt de actie te laat te zijn. Een fundamentele verandering in de marktverhoudingen kost meer tijd en moeite, terwijl big tech met een paar concessies bijna altijd zijn zin krijgt.

De EU is volgens marktonderzoeker Alan Pelz-Scharpe al te laat om Microsofts marktpositie bij vergaderplatforms te beïnvloeden. Tegenover TechTarget beweert hij dat het bedrijf uit Redmond langzaamaan alle gaten aan het opvullen is die nog tussen de Microsoft-services zitten. Voor een partij als Slack, dat onderdeel is van Salesforce, betekent het dat het te maken heeft met een oppermachtige concurrent.

Nu is er vanuit de hoek van overheidsinstanties wel tegengas voor de toekomst. Niet de EU, maar Amerika heeft daarvoor de beste papieren. Vorige maand voerde president Biden nieuwe richtlijnen door die overnames door big tech-firma’s zal bemoeilijken. Met de nadruk op ‘zal’: huidige acquisities blijven buiten schot.

Voorbeelden genoeg

De strijd tussen techbedrijven en de autoriteiten vindt plaats op veel terreinen. Zo zijn er talloze privacyschendingen beboet bij Meta, Google en anderen, terwijl er eveneens op antitrust-gebied weerstand is geweest vanuit de VS, het Verenigd Koninkrijk en Europa tegen bijvoorbeeld Microsofts beoogde overname van game-uitgever Activision Blizzard. Voorbeelden genoeg van politieke strijd, maar het lijkt bijna altijd hetzelfde verhaal: de bedrijven doen net genoeg concessies om een deal over de streep te krijgen.

De laatste jaren zijn politieke instanties wel steeds kritischer geworden, waardoor de concessies steeds groter moeten worden. Zo moest Microsoft garanderen dat het grote game-releases niet alleen voor zichzelf hield. Ook diende Amazon door inmenging van de EU ervoor te zorgen dat het de eigen diensten en producten geen voorkeurspositie verschafte versus de competitie. Toch is het een druppel op een gloeiende plaat: de overnames en dominante marktposities zijn in feite ongewijzigd met deze soort inperkingen.

Tegen de stroom in

Het eerdere voorbeeld van Microsofts Teams-aanpak kreeg onlangs weer een nieuwe wending. De Chat-functie uit de Windows 11-taakbalk zal voortaan door het leven gaan als Teams (free). Op die manier zorgt Microsoft weer voor een nieuwe manier om Teams te promoten, en dat niet alleen: het bevordert het ecosysteem van eigen apps.

Dat is uiteindelijk waar big tech-bedrijven naartoe bewegen. Alphabet, Apple, Amazon, Meta en Microsoft hebben allemaal een uitgebreid pakket aan applicaties die continu een steeds sterkere integratie krijgen. Vaak zijn er wel externe mogelijkheden om bijvoorbeeld een Office-pakket op een Google Cloud-server te draaien, maar met allerlei voordelen krijgen eigen klanten toch voorrang door lagere kosten en een eenvoudigere werkzaamheid.

Tip: Microsoft-licenties blijven schimmig, AWS krijgt Office-vrijstelling

De strijd tegen consolidatie en acquisities zwemt dus continu tegen de stroom in. Terwijl big tech de integraties uitbouwt, wordt een opsplitsing steeds moeilijker voor te stellen. Dat zou namelijk best logisch klinken. Waarom heeft de webshop Amazon immers de videodienst Prime nodig? Dit vraagstuk zal verschillen per bedrijf, maar uiteindelijk zijn er genoeg componenten die heel goed zelfstandig kunnen zijn. Wat als we op die manier de macht van big tech inperken?

De machtsverhouding

Uiteindelijk ligt daar het achterliggende probleem: big tech is eigenlijk veel machtiger dan menig politiek orgaan. Techbedrijven kunnen verkiezingen sterk beïnvloeden, bepalen hoe we van dag tot dag onze informatie verkrijgen en zijn in veel gevallen rijker dan aanzienlijke natiestaten.

Daarnaast bevinden veel van deze bedrijven zich in Amerika, waardoor de EU hoogstens de diensten kan reguleren en niet de middelen heeft om het bedrijf zelf al te veel in te perken. In Canada zagen we echter een tijdje geleden dat de invloed van een zaak als Google News dermate winstgevend is voor andere partijen, dat een politiek besluit tegen deze reuzen kan stuiten op lokale weerstand. Google wilde niet betalen voor nieuwsorganisaties zoals de Canadese regering ambieerde, en dus zou het gewoon vertrekken. Dat deed het ook al in Spanje, toen daar een soortgelijke maatregel geprobeerd werd.

Lees ook: Google wil niet betalen voor Canadese nieuwslinks

Kortom, we zullen op een andere manier big tech moeten bezweren. Daar is in principe alleen een culturele omslag voor nodig. Zo is Facebook jongere gebruikers aan het verliezen, dat deels zal komen door het feit dat het platform niet meer als relevant wordt gezien sinds de opkomst van alternatieven als TikTok en Instagram. Geen probleem, zal Meta gedacht hebben, aangezien het ook eigenaar van laatstgenoemde is.

De echte test voor big tech zal nog komen, nu de VS een serieuzere strohalm legt voor verdere overnames. Echter kan een leger aan juristen nog altijd met een paar concessies de wensen van grote techbedrijven laten uitkomen. Dat proces is niet zomaar te doorbreken.

Beluister ook onze podcast uit 2022 over deze kwestie: